SBM Offshore start zaak tegen klokkenluider

SBM Offshore, een grote Nederlandse speler in de olie-industrie, start een rechtszaak tegen klokkenluider en voormalig medewerker Jonathan Taylor. Morgen wordt de zaak aangebracht bij de Rotterdamse rechtbank. Dat bevestigt de raadsman van Taylor.

Taylor deed begin februari onder meer bij Nieuwsuur een boekje open over omkoping door SBM Offshore, nadat de bouwer van drijvende olieplatforms een schikking had getroffen met het OM in Nederland. SBM Offshore bevestigt de start van de zaak, maar wil niet op de inhoud ingaan.

Eind vorig jaar schikte SBM voor 190 miljoen euro met het Nederlandse Openbaar Ministerie vanwege omkoping in Afrika en Brazilie. Taylor beweerde in Nederlandse media dat het geen incidenten waren, maar dat corruptie wijdverbreid was binnen de organisatie.

Intimidatie

SBM voerde sinds 2012 onderzoek uit naar de omkopingspraktijken Taylor was daar als interne advocaat bij betrokken. Hij beschouwt de rechtszaak als een vorm van "intimidatie" en eist zelf nog geld van SBM Offshore vanwege de beëindiging van zijn arbeidscontract.

Volgens een persbericht van Taylor beschuldigt de bouwer van olieplatformen hem van laster en eist een schadevergoeding van 500.000 euro. Daarnaast moet Taylor advertenties plaatsen in de Financial Times waarin hij toegeeft dat zijn eerder gedane uitspraken misleidend en onwaar zijn. Taylor mag zich verder nooit meer uitlaten over corruptie bij SBM Offshore en de rol van het management daarbij, aldus het bericht. Taylor en zijn advocaat verwachten dat de zaak eind 2016 zal zijn afgerond.

Eerder vandaag berichtte een Braziliaanse krant dat SBM Offshore voor 228 miljoen euro schikt vanwege omkoping met oliemaatschappij Petrobras en de Braziliaanse autoriteiten.