Burgemeesters willen meer informatie van psychiaters
Dat de vrouw het heeft overleefd, noemt burgemeester Van Hout een wonder. In het Gelderse Westervoort werd vorige maand een hulpverleenster van het sociaal wijkteam ernstig mishandeld. Een 33-jarige autistische man deed de deur achter haar op slot zodra ze bij hem binnenkwam. En sloeg haar vervolgens hard op het hoofd met een honkbalknuppel.
Met de hulpverleenster gaat het naar omstandigheden goed; zij kon na twee dagen het ziekenhuis verlaten. Maar burgemeester Van Hout en zijn wethouders vonden dat ze het daar niet bij konden laten. Zij schreven een dringende brief aan minister Schippers van Volksgezondheid over het probleem van gevaarlijke psychiatrische patiënten.
Vinkje
Korte samenvatting van de brief: het gemeentebestuur van Westervoort steunt het beleid om mensen minder "weg te stoppen in een kliniek". Maar er is meer informatie nodig over gevaarlijke mensen om herhaling van ernstige incidenten te voorkomen. "Als wij niet weten met wie wij van doen hebben, is het risico voor onze medewerkers onverantwoord groot", schreef het college aan de minister.
Om misverstanden te voorkomen: Van Hout vindt het medisch beroepsgeheim van artsen een groot goed. Maar het moet in zijn ogen niet "oneigenlijk worden gebruikt". Het is niet de bedoeling dat de psychiater vertelt wat zijn patiënt precies mankeert. "Maar als iemand als echt gevaarlijk wordt beschouwd, dan moet die wel een vinkje bij zijn naam krijgen. Zodat onze hulpverleners in elk geval weten dat ze moeten uitkijken."
Gaskraan
Van Houts collega Martijn Smit van Wijdemeren herkent het probleem, waarover hij geregeld contact heeft met andere burgemeesters. Twee jaar geleden was er een man in zijn gemeente die zijn flat in brand stak waar explosieven en een vuurwapen bleken te zijn opgeslagen.
Ook Smit worstelt met die mensen. Ze draaien bijvoorbeeld de gaskraan in hun flat open en bellen daarna de brandweer. "Die kwam vervolgens, draaide de kraan weer dicht, de man werd wat gesust en vervolgens ging iedereen weer verder. Maar als burgemeester zit ik daarna met het dilemma: moet ik de andere bewoners op de hoogte brengen? Moet ik afwachten? Wat kan ik bijvoorbeeld doen met mensen die psychotisch zijn? Die nu eens opvlammen en dan weer niet?"
"Waar ik me het meest aan stoor: de doorgeslagen nadruk op privacy. Die staat volkomen terecht hoog in het vaandel in Nederland. Maar als burgemeester wil ik in elk geval graag weten waar ik rekening mee moet houden. Wij zijn sowieso kwetsbaar als beroepsgroep. Ik vind het zorgelijk dat ik als enige in de keten van OM, politie en zorg als persoon zeer herkenbaar en aanspreekbaar ben op straat. Dat conflicteert behoorlijk bij bijvoorbeeld een inbewaringstelling (verplichte opname, red.). Mensen hebben mij daar al vaker over aangesproken: waarom sluit u mij op?”
Schippers
Van Hout heeft nog geen antwoord binnen van de minister, die momenteel met vakantie is. Wel heeft hij het plan van aanpak gelezen dat zij in reactie op het rapport over Bart van U. aan de Tweede Kamer stuurde. Daarin erkent zij dat de samenwerking tussen politie, Openbaar Ministerie, ggz en gemeenten cruciaal is. Schippers: "Informatie delen is de norm."
De minister wil in principe niet tornen aan het medisch beroepsgeheim. Maar ze is wel bereid te kijken "of hier belemmeringen liggen die een goede werkwijze in de weg staan. Het vergt nader onderzoek of aanpassingen wenselijk en mogelijk zijn."