Terugloop aanbod kleine talen 'onbegrijpelijk'
"Niet te begrijpen" zegt Joost Hazenbos over de terugloop van het aanbod kleine talen op universiteiten. "In de jaren tachtig en negentig is het naar mijn gevoel begonnen, maar er lijkt geen einde aan te komen."
Hazenbos is als bijzonder hoogleraar Hettitisch verbonden aan de Universiteit van Amsterdam. Of om preciezer te zijn: hoogleraar Hettitisch en de verwante Anatolische talen en culturen alsmede de geschiedenis van Anatolië. Een specialisme voor de fijnproever.
Drie tot twaalf studenten
Hettitisch is een vak aan de universiteiten van Leiden en Amsterdam. Hazenbos zwaait er ook dit jaar weer de scepter. "Al jaren en nog altijd met veel genoegen." Het aantal studenten varieert per jaar van drie tot twaalf. Dit jaar zijn het er tien.
De redenen van studenten om deze studie te doen zijn volgens Hazenbos heel verschillend. "Vaak zijn het studenten klassieke talen, maar soms zijn het mensen die graag een heel ander vak willen leren, iets over cultuur. Ik heb bijvoorbeeld ook wel eens een student Geneeskunde gehad en studenten Psychologie."
Spijkerschrift
Bij het horen van de taal Hettitisch zal niet bij iedereen een belletje gaan rinkelen. Het spijkerschrift werd geschreven door de Hettieten. Een volk dat in het tweede millennium voor Christus een koninkrijk stichtte rondom de stad Hattusa, gelegen in het tegenwoordige Turkije.
De leer van Hettititologie kreeg een impuls toen in 1915 kleitabletten opdoken met Hettitische teksten. Het Hettitisch werd toen definitief ontraadseld en bleek als Indo-Europese taal niet alleen verwant aan Grieks en Latijn, maar ook aan het Nederlands en Engels. "Alleen dat maakt Hettitisch al interessant," meent Hazenbos. Aan de hand van de kleitabletten kon bovendien een beter beeld gevormd worden wie de Hettieten waren. "Een volk dat een politieke geschiedenis bleek te hebben, een rechtsvorm kende, gebeden, rituelen en een boeiende literatuur had."
Versobering
Hettitisch is geen aparte bachelor. De collegereeks valt onder afdeling klassieke talen van de faculteit Geesteswetenschappen. Van bedreiging van bestaansrecht is dan ook geen sprake. De versobering heeft daar al eerder plaatsgevonden.
"Toen ik in de jaren tachtig met Hettitisch begon, waren er voor dat vak nog een voltijds hoogleraar en een voltijds medewerker. Eind jaren tachtig bleef daar het bijzonder hoogleraarschap van over. Veel andere vakken, zoals Vooraziatische Archeologie, Egyptologie en Sanskriet zijn toen helemaal van de UvA verdwenen."
Af en toe geeft Hazenbos ook les in Leipzig. Daar heeft hij als onderzoeker zijn hoofdwerk. Sinds 1975 werkt Hazenbos aan een Hettitisch woordenboek, dat nog altijd in ontwikkeling is.