Bukman in 1981
NOS Nieuws

Piet Bukman, tuinderszoon die het CDA met straffe hand leidde en daarna minister van Landbouw werd

Er zijn weinig politici die zo veel verschillende functies in Den Haag hebben bekleed als de vandaag op 88-jarige leeftijd overleden Piet Bukman. Hij was lid van zowel de Eerste als de Tweede Kamer, partijvoorzitter, staatssecretaris van Economische Zaken en minister van Landbouw, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking. In de jaren negentig werd hij ook nog voorzitter van de Tweede Kamer.

Minister van Defensie was hij overigens maar 17 dagen. Hij volgde daar in 1988 Wim van Eekelen op die moest aftreden vanwege de 'paspoortaffaire', en maakte vervolgens plaats voor de latere VVD-leider Frits Bolkestein.

Zijn entree in de politiek was in 1980, toen hij, tot verrassing van velen, de eerste voorzitter werd van het CDA, na de fusie van KVP, CHU en ARP. Bukman was geen bekende op het Binnenhof, al had hij als voorzitter van de Christelijke Boeren- en Tuindersbond (CBTB) natuurlijk wel zijn contacten in Den Haag.

Bukman werd op 7 februari 1934 geboren in Delft als zoon van een tuinder. Hij was aanvankelijk lid van de Anti-Revolutionaire Partij (ARP), die in 1980 opging in het CDA.

'Lenin van Voorschoten'

De van huis uit gereformeerde Bukman bleek een krachtdadige voorzitter van de nieuwe partij die weinig tegenspraak duldde en effectief het fusieproces van het CDA verder begeleidde. Het leverde hem bijnamen op als 'de knoet' en 'de Lenin van Voorschoten'. In de jaren dat hij partijvoorzitter was, zat hij ook in de Eerste Kamer.

Hij werd voor zijn werk beloond met een ministerschap in het kabinet Lubbers II, als minister voor Ontwikkelingssamenwerking. Op die plek maakte Bukman weinig indruk. Voor het kabinet Lubbers III werd hem dan ook alleen een baan als staatssecretaris van Economische Zaken aangeboden. Bukman zag het als een degradatie, al mocht hij zich in het buitenland minister van Handelsbevordering noemen. Zeer tegen zijn zin zei hij uiteindelijk 'ja' tegen de functie.

Maar al gauw keerden zijn kansen, toen minister Gerrit Braks van Landbouw moest aftreden vanwege vermeende fraude in de visserij. Vissers gaven een lagere vangst op dan ze daadwerkelijk binnenhaalden. Bukman volgde Braks op.

'Amice-briefje'

Op Landbouw kreeg hij te maken met boze boeren die het niet eens waren met zijn mestbeleid en de Europese plannen om overproductie van melk en graan tegen te gaan. Toch kreeg hij die plannen erdoor. In de nadagen van het kabinet kwam Bukman in opspraak omdat hij in een intern 'amice-briefje' aan zijn collega van Economische Zaken erop had aangedrongen om de verhoging van de gasprijs voor tuinders uit te stellen, omdat dat het CDA stemmen zou kunnen kosten.

Het mocht allemaal niet baten, het CDA leed in 1994 een historisch verlies bij de verkiezingen en verdween voor het eerst in de geschiedenis naar de oppositiebanken. Na het opstappen van lijsttrekker Elco Brinkman wilde Bukman wel fractievoorzitter worden, maar hij legde het af tegen Enneüs Heerma. Bukman werd gewoon Kamerlid.

Kamervoorzitter

Maar ook nu was het lot hem gunstig gezind. In 1996 werd Kamervoorzitter Wim Deetman (ook CDA) benoemd tot burgemeester van Den Haag. De verwachting was dat CDA-Kamerlid en ondervoorzitter Alie Doelman-Pel hem op zou volgen als eerste vrouw op die plek. Maar bij de stemming gingen de meeste stemmen naar Bukman.

Zijn Kamervoorzitterschap werd niet als een groot succes beschouwd. In de aanloop naar de verkiezingen van 1998 maakte hij bekend niet opnieuw beschikbaar te zijn voor de CDA-lijst. Toenmalig partijvoorzitter Hans Helgers had hem dat ook geadviseerd.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl