Tarzan, Gerlach en Hugenholtz: hoe komen de bochten op Zandvoort aan hun naam?
4,3 kilometer lang is het circuit in Zandvoort, met 14 bochten. Daarmee is het het bochtigste circuit van allemaal; op de racekalender is geen ander circuit te vinden dat procentueel gezien uit zoveel bochten bestaat als Zandvoort.
Een aantal van die bochten heeft een bijzondere naam. Waar ligt de herkomst van die namen?
Tarzanbocht
Een van de meest befaamde bochten is de Tarzanbocht. De coureurs komen hier met topsnelheid aan en moeten vol in de remmen om de bocht te halen. In het verleden zijn hier spectaculaire inhaalacties en zware crashes geweest.
Over de naam van deze bocht is controverse; er bestaat geen duidelijkheid over de exacte oorsprong. Het bekendste verhaal gaat over volkstuintjes, die moesten worden verwijderd toen het circuit werd aangelegd. Een uit de kluiten gewassen tuineigenaar, door dorpsgenoten 'Tarzan' genoemd, was het niet eens met die ontwikkeling. Hij weigerde zijn moestuintje af te staan.
Pas toen de burgermeester van Zandvoort aan 'Tarzan' beloofde dat de bocht naar hem zou worden vernoemd, zou hij ermee akkoord zijn gegaan.
Mensen die deze redenering vergezocht vinden, kunnen een verklaring vinden in de wals (een machine om asfalt mee te verdichten) die is gebruikt bij het aanleggen van het circuit. Die grote machine zou als bijnaam 'Tarzan' hebben gehad.
Andere mensen geloven dat de bocht is vernoemd naar de film 'Tarzan of the Apes', die na de Tweede Wereldoorlog erg populair was.
Volgens Jan Lammers, die als coureur opgroeide op het circuit, is het verhaal van de volkstuintjes het meest aannemelijk. "Én het mooiste verhaal. In die tijd hadden veel mensen in Zandvoort dezelfde namen, vandaar alle bijnamen. Dit is het leukste verhaal, maar het is niet met zekerheid te zeggen of het klopt."
Gerlachbocht
De tweede bocht op het circuit is vernoemd naar autocoureur Wim Gerlach. Op Eerste Pinksterdag 1957 overleed hij na een crash met zijn Porsche Carrera Speedster. Hij was het eerste dodelijke slachtoffer op Zandvoort.
Hugenholtz-bocht
Tussen 1949 en 1974 was Hans Hugenholtz directeur van het circuit in Zandvoort. Toen Hugenholtz, die ook meerdere racecircuits ontwierp, stopte, werd er gezocht naar een passend afscheidscadeau. Er was alleen weinig geld beschikbaar en het management besloot de bocht naar de afzwaaiende directeur te vernoemen.
De vereerde Hugenholtz hield zich naast de racerij bezig met het importeren van wijnen. Zijn vrienden stuurde hij regelmatig flessen wijn, waarop hij een label 'Hugenholtz-bocht' plakte. Veel mensen dachten dat de druiven werden verbouwd in de bocht op het racecircuit, maar dat was niet waar. Het verwees naar de andere betekenis van het woord: wijn die niet te pruimen is.
"Het was een grapje van mijn vader", bevestigt zijn zoon Hans Hugenholtz jr. aan de telefoon. "Vin rouge tres ordinaire", prijkt er op het etiket. "Het was een heel bijzondere wijn. De rode druiven, de liters benzine en de methanol zorgde voor een speciale melange", aldus Hugenholtz jr.
"Mijn vader haalde altijd van dit soort grappen uit", vervolgt de autocoureur. "Alle belangrijke mensen, onder wie Prins Bernhard, kregen zo'n fles." Hugenholtz senior overleed in 1995, nadat hij samen met zijn vrouw betrokken was geraakt bij een auto-ongeluk.
Bekijk hier het etiket en de uitleg over de wijn 'Hugenholtz-bocht'
Veel raceliefhebbers zullen overigens uitkijken naar de Hugenholtz-bocht. Dit stuk van het circuit is samen met de Arie Luyendijkbocht aangepakt en omgeturnd tot een zogenoemde kombocht.
Het rijden in zo'n kombocht is bekend van het Amerikaanse Daytona en Indianapolis. De Hugenholtz-bocht heeft een hellingshoek van maximaal 18 graden en de coureurs zullen hun stuurmanskunsten moeten tonen in deze linkerdoordraaier.
Slotemakerbocht
De vijfde bocht op het circuit draagt de naam 'Slotemakerbocht'. Hij is vernoemd naar Rob Slotemaker, die in 1979 met een Chevrolet Camaro verongelukte op het circuit. Slotemaker genoot grote bekendheid in de badplaats en bij autosportliefhebbers.
Slotemaker was naast coureur oprichter van een beroemde antislipschool en onder andere de ontdekker van Jan Lammers als racetalent. Lammers is nu de sportief directeur van de grand prix.
Scheivlak
Na de Slotemakerbocht komen de coureurs aan bij het Scheivlak. De naam van dit gedeelte van het circuit heeft een historische betekenis. Dit was vroeger de grens tussen de gemeentelijke duinen en de grond van jonkheer Quarles van Ufford. Het gaat hier dus letterlijk om een scheidingsvlak.
Hans Ernstbocht
Deze bocht is vernoemd naar oud-Zandvoortdirecteur Hans Ernst, die tussen 1988 en 2013 de leiding op het circuit had. In financieel moeilijke tijden zette hij het circuit internationaal weer op de kaart. Zo stond hij aan de basis van de 'Masters of Formula 3'. De Masters groeiden uit tot het toonaangevende Formule 3-evenement van Europa en beleefden in totaal 25 edities.
In 1999 werd onder zijn leiding het korte interim-circuit uitgebreid tot de huidige variant met een lengte van 4,3 kilometer. Daarmee konden ook weer grotere internationale evenementen, zoals de Duitse toerwagenserie DTM en de formulewagenserie A1GP, naar Zandvoort worden gehaald.
Ernst overleed in juni 2019.
Arie Luyendijkbocht
De veertiende en laatste bocht van een rondje op Zandvoort heet de Arie Luyendijkbocht en is vernoemd naar de tweevoudig winnaar van de prestigieuze Indianapolis 500, een van de drie racemonumenten.
De bocht is dus omgetoverd tot kombocht en de Nederlandse racelegende vertelde een jaar geleden dat hij zeer vereerd is dat de bocht nog altijd zijn naam draagt. "Ik had verwacht dat mijn naam wel weg zou gaan, omdat er een commerciële naam aan zou worden verbonden", zei hij destijds.