Onderzoek in Noord-Brabant: hoe gedraagt een virus zich op een voetbalveld?
Nu de samenleving langzaam maar zeker wordt bevrijd van de zwaarste maatregelen tegen het coronavirus, doemt overal de vraag op: hoe kunnen we verder op een veilige manier?
Zoals horeca-ondernemers en campingeigenaren worstelen met die vraag, doet ook de voetbalwereld dat. De selecties van eerste- en eredivisieclubs zijn alweer een paar weken aan het trainen, met in acht neming van de coronaregels. De spelers houden bijvoorbeeld anderhalve meter afstand van elkaar. Toch staat welhaast vast dat de komende maanden het onderlinge contact zal toenemen, waarmee het risico op besmettingen dus ook groter wordt.
Reden voor vijf Noord-Brabantse clubs (PSV, Willem II, RKC Waalwijk, NAC Breda en Top Oss) om mee te doen met een wetenschappelijk onderzoek van het Amphia Ziekenhuis in Breda.
Bekijk hier de reportage:
Peter Joosten is lid van de medische staf van NAC en orthopedisch chirurg in het Amphia, een van de ziekenhuizen waar de druk de afgelopen maanden bijzonder hoog was. Het ziekenhuis ligt midden in de Brabantse corona-brandhaard en had veel patiënten op de intensive care. "Je gaat denken: wat kunnen wij in het verlengde van corona doen? Zo kwamen we bij een onderzoek om de spelers te monitoren op een eventuele corona-infectie."
Het onderzoek begint voor alle spelers met een vragenlijst. "Dat zijn algemene vragen over onze gezondheid", zegt NAC-aanvoerder Arno Verschueren. "Als je dan symptomen hebt, gaan ze ermee verder."
Bij spelers die klachten hebben, wordt keelslijm afgenomen. Dat wordt geanalyseerd door onder anderen microbioloog Jan Kluytmans. "Die virussen worden helemaal ontleed. We kunnen precies achterhalen wat de code van dat virus is."
We nemen de tijd om te observeren wat er allemaal gebeurt als het voetbal weer wordt hervat.
Centrale vraag bij die analyse is: heeft de ene speler het virus van de ander gekregen of hebben beiden het in hun sociale omgeving buiten het voetbalveld opgelopen?
"Wat gebeurt er als een groep voetballers steeds meer bij elkaar kruipt om te gaan trainen?", vat Joosten de kern van het onderzoek samen.
Observatie-onderzoek
"Ons doel is: kijken wat er gebeurt", aldus de clubarts. "We noemen dit een observatie-onderzoek. We weten niet precies wat het effect van corona is op allerlei omstandigheden waarin we verkeren. Wanneer word je besmet, onder welke omstandigheden en wanneer ben je veilig?"
Kluytmans: "Voetbal is een contactsport en dan wil je kijken of er risico's zijn. Wat mooi is aan de profvoetbalwereld, is dat het een mooi te controleren omgeving is. Je kunt kijken wat ze hebben gedaan als een paar spelers positief zijn."
"Op dit moment zijn er geen positieve gevallen, we hopen dat het even zo blijft", vervolgt Kluytmans.
"We hebben het meetsysteem op orde. Als het virus wegblijft, zijn we heel blij. Maar we zijn toch bang dat het op termijn weer terugkeert. En dan is het heel belangrijk om de vinger aan de pols te houden en te weten waar de risico's zijn. Daar kunnen we weer op handelen."
Snelle resultaten en conclusies die daaraan kunnen worden verbonden, verwacht Joosten niet. "We nemen de tijd om te observeren wat er allemaal gebeurt als het voetbal weer wordt hervat en dat kost tijd."
Navolging bij alle clubs?
Joosten zou graag zien dat zijn onderzoek op nog grotere schaal wordt uitgevoerd. "Instanties als de GGD zijn denk ik erg aan het zoeken: wat is ons houvast? We pretenderen niet dat we dat bieden, maar we kunnen argumenten geven om bepaalde beslissingen te nemen."
"Als je dit breder trekt, wordt de uitkomst en wat je gaat concluderen veel krachtiger. In die zin zou het mooi zijn als alle clubs uit de eerste divisie en eredivisie mee zouden kunnen doen."