Gevoelsmatig is het eeuwen geleden, de laatste keer dat het Nederlands elftal en Tsjechië elkaar troffen. Een jonge Jaïro Riedewald speelde, net als Anwar El Ghazi. En Wesley Sneijder droeg de aanvoerdersband, toen Oranje op eigen veld afging.
De enige overeenkomsten tussen die 13 oktober 2015 en nu: Memphis Depay, Daley Blind - al speelde die op het middenveld - en Georginio Wijnaldum, die destijds net een transfer naar Newcastle United had afgerond. Wijnaldum speelde de hele wedstrijd, waarin Nederland met 3-0 achter kwam en uiteindelijk met 3-2 verloor.
Een kleine zes jaar later gebruikt Wijnaldum, inmiddels 30 jaar en via Liverpool bij Paris Saint-Germain beland, die ontmoeting als voorbeeld van hoe het zondag mis kan gaan, als Oranje in de achtste finales van het EK wederom op Tsjechië stuit. "Toen dachten we ook dat we het effe zouden doen."
Een aderlating, vind ik. Dat is heel hard aangekomen. Luuk heeft wel bewezen hoe waardevol hij is.
"Het had gekker gekund, je had tegen een sterkere tegenstander kunnen spelen", erkent Wijnaldum, daarbij doelend op de vooraf gevreesde clash met Frankrijk, Duitsland of Portugal. "Maar de vlag uit, dat kan natuurlijk niet."
Wijnaldum en consorten keken woensdagavond "met spanning" naar de ontknoping in groep F, waar underdog Hongarije lange tijd op weg leek naar een stunt tegen Duitsland. Er werd van genoten, maar ook - wederom - een wijze les uit getrokken.
Wijnaldum: "Ik denk dat gisteren een heel goed voorbeeld was dat je niemand kan onderschatten. Iedereen was bezig met: tegen wie zou Portugal moeten en tegen wie zou Frankrijk moeten in de knock-outfase? Hongarije heeft toch laten zien dat alles kan gebeuren. We gaan tegen Tsjechië niet zomaar even winnen."
Goed, scherp blijven dus. Uit het hameren op dat soort zaken blijkt dat Wijnaldum de aanvoerdersband niet voor niets draagt. Hij is een leider. Een verlegen leider, ook volgens hemzelf, maar een leider niettemin.
"Ik heb dat niet bewust opgepakt", klinkt het bescheiden. "Ik denk dat iedereen daar zo zijn mening over heeft. Ongetwijfeld zullen er ook mensen zijn die zeggen dat ik geen leider ben. Ik heb het geluk dat de spelersgroep mij accepteert als aanvoerder."
Het feit dat Wijnaldum de band om zijn arm heeft, wil ook niet zeggen dat zijn wil wet is. "Wat ik mooi vond, was dat Donyell Malen mij in de wedstrijd tegen Noord-Macedonië aansprak over waar ik moest gaan staan, waardoor het team beter tot zijn recht kwam. Dat is ook een manier van leider zijn."
"Iedereen probeert zijn steentje bij te dragen. Niet alleen ik, omdat ik dan de aanvoerdersband draag."
Over leiders gesproken, dat was Luuk de Jong volgens Wijnaldum ook. "Hoewel zijn rol tot nu toe minimaal was met twee invalbeurten."
Maar De Jong moest woensdag naar huis, een knieblessure beroofde Oranje van zijn ideale stormram. Wijnaldum: "Een aderlating, vind ik. Dat is heel hard aangekomen. Luuk heeft wel bewezen hoe waardevol hij is."
"Daarnaast is het ook gewoon een hele fijne teamgenoot. Op de trainingen gaf hij altijd honderd procent en als hij iets zag en vond, zei hij het en werd er ook naar geluisterd. We zijn enorm teleurgesteld, omdat we denken dat hij ook op dit EK het verschil had kunnen maken."
Aan de overgebleven aanvallers en de gemakkelijk scorende Wijnaldum de taak om te voorkomen dat Oranje in een situatie komt waarin de kwaliteiten van De Jong gevraagd worden.
Een opsteker: alle Nederlandse goals werden tot nu toe gemaakt zonder de pinchhitter op het veld. Dat moet tegen Tsjechië dus niet onmogelijk zijn. Zolang ze bij Oranje maar niet denken dat ze het 'wel effe gaan doen'.