Lokale partijen winnen in versplinterd politiek landschap
Nu de meeste verkiezingsuitslagen zijn binnengelopen, tekenen zich een aantal trends af in het politieke landschap: lokale partijen kunnen met gemak de winnaar worden genoemd en met nieuwkomers als Denk, PVV en Partij voor de Dieren versplintert de gemeentepolitiek verder.
"Lokale partijen klopten al een paar jaar op de deur van de machthebbers, maar nu zijn ze echt veruit de grootste geworden", analyseert Marcel Boogers, hoogleraar Innovatie en Regionaal Bestuur aan de Universiteit van Twente. "Wat opvalt is dat ze op veel plekken nu ook echt de grootste zijn geworden."
Zo triomfeerde oud-PVV'er Richard De Mos in Den Haag met wat hij ombudsmanpolitiek noemt, het luisteren naar praktische problemen van stadsgenoten. In Tilburg werd de oud-chauffeur van Pim Fortuyn, Hans Smolders, de grootste, in Rotterdam bleef het Leefbaar, ondanks een verlies. In totaal werd in 164 van de 335 gemeenten waar werd gestemd een lokale partij de grootste.
Wilders heeft het nergens waar kunnen maken.
Boogers denkt dat de macht van de lokale partijen de opkomst van de PVV heeft gedrukt in de dertig gemeenten waar Wilders' partij dit keer meedeed. "Het gaat vaak om een beetje populistische lokale partijen die al aan de weg hebben getimmerd. De kandidaten van de PVV zijn dan minder bekend, wonen vaak niet eens in de gemeente. Dan stemt men liever op een lijsttrekker die men al kent en vertrouwt."
"Eigenlijk is de uitslag heel slecht", zegt politiek commentator Joost Vullings over het resultaat voor Wilders. "Omdat hij op veel plekken voor het eerst meedeed is elke zetel weliswaar winst, maar Wilders had gemeenten geselecteerd waar de PVV het met de Tweede Kamerverkiezingen het heel goed had gedaan. Dat heeft hij nu nergens waar kunnen maken."
Vullings wijst erop dat Denk het ook goed deed: op dertien plekken komt de partij in de raad. "Dan vaak niet met één zeteltje, maar meteen twee, drie. Dat geeft aan dat ze iets aanboren wat leeft bij de achterban. Ze weten ook nieuwe kiezers te trekken die anders thuis waren gebleven. Die onvrede is een signaal aan iedere partij in Nederland."
Of de winst van Denk zich ook vertaalt in deelname aan coalities, durft Vullings te betwijfelen. "De kandidaten zijn vaak nog politiek onervaren. Om dan te gaan besturen is een risico. Je kunt ook eerst lokaal wat ervaring opdoen."
Toch zullen ze op sommige plekken misschien wel bij de coalitieonderhandelingen betrokken worden, simpelweg omdat alternatieven ontbreken. Vullings wijst op Rotterdam, waar D66 eigenlijk niet verder wil met Leefbaar Rotterdam. "Maar als je Leefbaar uit de coalitie wil houden, heb je eigenlijk acht, negen andere partijen nodig, inclusief Denk."
Versnipperd
Versplintering zien we op veel plekken in het land. Neem een willekeurige gemeente als Enkhuizen: daar moeten zeventien zetels verdeeld worden over negen partijen. De SP is er de grootste met slechts vier zetels, drie partijen leveren slechts één raadslid.
"Aan de ene kant is dat mooi, want veel mensen voelen zich vertegenwoordigd: iedereen heeft zijn eigen smaakje kunnen kiezen", analyseert Vullings. "Maar voor de raadsleden wordt het keihard werken, omdat ze het werk niet kunnen verdelen over meerdere collega's. Dat betekent dat je als raadslid misschien commissies moet laten vallen, en de wethouder dus minder goed gecontroleerd wordt."
Boogers wijst nog op een ander nadeel. "Men heeft vaak de neiging om verschillen uit te vergroten. Ze moeten hard schreeuwen om gehoord geworden, wat vaak betekent dat de raad meer met zichzelf bezig is dan met de stad. Dat is een gevaar van versnippering."
Bekijk hieronder de uitslag in jouw gemeente. Voor de app-gebruiker: klik op de afbeelding