Wereldkampioen Blaak dacht aan helpen, niet aan winnen
Niet Annemiek van Vleuten of Anna van der Breggen maar Chantal Blaak heeft in Bergen de wereldtitel op de weg veroverd. Daar was ze zelf misschien nog wel het meest verbaasd over, zeker omdat ze halverwege de koers nog hard tegen het asfalt ging.
"Ik kan het nog helemaal niet geloven", zegt Blaak als ze met een gehavende schouder en broek voor de NOS-microfoon verschijnt. "Ik dacht dat mijn wedstrijd over was toen ik op de grond lag. Ik probeerde terug te komen om te kijken wat ik nog kon doen voor mijn ploeggenoten, maar nooit met het plan om hier te gaan winnen."
Sterke Nederlandse ploeg
Blaak krabbelde dus op en sloot weer aan bij het peloton, waarna ze zelf demarreerde. Ze kreeg de Britse Hannah Barnes en de Franse Audrey Cordon Ragot met zich mee. Later sloten Annemiek van Vleuten, Anna van der Breggen, Kasia Niewiadoma en Katrin Garfoot aan: drie oranje shirts in een kopgroep van zeven.
"Dan weet je dat je moet aanvallen. Ik voelde dat het een mooi moment was", zegt Blaak over haar beslissende demarrage op 8 kilometer van de meet.
"Ik dacht: dit is de enige kans in mijn leven dat ik wereldkampioen kan worden. En dan is het gewoon alles of niets. Ik kon ook geen trap meer zetten, stond te trillen op mijn benen. En dan kijk je achterom, en denk je: is het wel echt waar, dat er niemand aan komt? En het was zo."
'Perfecte aanval'
Achter Blaak hielden Van Vleuten en Van der Breggen de achtervolgers in toom, waardoor de voorsprong van Blaak niet meer in gevaar kwam.
Van der Breggen noemde de demarrage van Blaak 'perfect'. "Het was toen aan de anderen in de kopgroep. En die aarzelden net iets lang."