Robbie de Wit viert zijn treffer tegen Hongarije
NOS Voetbal

Rond Hongarije-Nederland hing zweem van omkoping, maar alleen die stift beklijfde

Een verhaal over dozen met Philips-videorecorders. Een schimmig telefoontje en een rechtszaak. Over wat er al dan niet gebeurde rondom Hongarije-Nederland (0-1) in 1985 kan zo een spionageroman worden geschreven. Vrijdagavond treffen beide landen elkaar weer, in de Nations League.

Om het cruciale kwalificatieduel voor het WK van 1986 is altijd een zweem van omkoping blijven hangen. Toch is dat niet wat er in het collectieve voetbalgeheugen is achtergebleven.

Dat is immers de fabelachtige stift van aanvaller Robbie de Wit, die ervoor zorgde dat Oranje twee beslissingsduels mocht spelen voor een plek op het WK.

1985: De Wit redt Oranje met schitterend stiftje tegen Hongarije

Die beslissingsduels gingen overigens verloren tegen België, dankzij een kopbal van Georges Grün in De Kuip. Geen WK in Mexico voor Oranje. Maar dat terzijde.

Niksige periode

Het Nederlands elftal zat midden jaren tachtig in een tussenfase. De hoogtijdagen van de jaren zeventig waren voorbij en de nieuwe gouden generatie, met onder anderen Marco van Basten en Ruud Gullit, moest nog tot wasdom komen.

De kwalificatie voor het WK 1986 was ronduit belabberd verlopen, tot die laatste groepswedstrijd in en tegen Hongarije. Voor eigen publiek was Nederland in De Kuip onderuit gegaan tegen de Hongaren. En er was gelijkgespeeld in Oostenrijk. Alleen van het nietige Cyprus werd twee keer gewonnen.

In de loop van de kwalificatie moest bondscoach Rinus Michels bovendien afhaken met gezondheidsproblemen. Zijn vervanger Leo Beenhakker - toen ook trainer van FC Volendam - moest Oranje redden.

Met nog één duel op het programma had Nederland in Hongarije niets minder dan een zege nodig. Anders zou Oostenrijk als nummer twee, achter groepswinnaar Hongarije, naar de play-offs gaan.

Gek belletje

In zijn biografie vertelde Beenhakker later over een eigenaardig telefoontje in de aanloop naar het duel in Boedapest.

"Wat ik weet is dat ik bij Volendam een telefoontje kreeg van een buitenlander, kort voor die wedstrijd tegen Hongarije. Die man wilde mij spreken, in Volendam. Bobby Haarms luisterde vanachter een vouwwand mee. De man begon in half Duits en half Nederlands meteen over die wedstrijd, heel vaag allemaal. In elk geval suggereerde hij dat hij die wedstrijd zou kunnen beïnvloeden."

"Hij gaf me een telefoonnummer en vroeg me hem te bellen. We hebben Ton Harmsen, toen voorzitter van de KNVB, op de hoogte gebracht. Harmsen zei: geef mij dat nummer maar en verbrand meteen het papiertje waar het op staat. Vergeet alles, ik handel het wel af. Ik heb er nooit meer wat van gehoord."

Tijdens de training van het Nederlands elftal in Boedapest praat Leo Beenhakker met Rinus Michels

In het Nép ('Volks' in het Hongaars)-stadion speelde Oranje - geheel in lijn met de eerdere wedstrijden in de kwalificatie - een armetierige eerste helft. Pas na rust, toen De Wit erin kwam voor Ton Lokhoff, liep het beter.

De frêle Ajacied besliste het duel in de 72ste minuut met zijn befaamde lob, hoewel het uiteindelijk aan keeper Hans van Breukelen te danken was dat het niet alsnog gelijk werd. Op doelsaldo plaatste niet Oostenrijk, maar Nederland zich voor de beslissingswedstrijden.

Nasleep

Al vrij snel na die wedstrijd gingen er geluiden op dat de wedstrijd was verkocht, mede door het niet bepaald daadkrachtige optreden van de Hongaarse defensie bij de goal van De Wit. Er ging zelfs een verhaal over Philips-videorecorders die aan Hongaarse vertegenwoordigers zouden zijn gegeven.

De Hongaarse schrijver Antal Végh, die een boek schreef over corruptie in het Hongaarse voetbal, claimde in dagblad Trouw dat er aan meerdere spelers van het nationale team was gevraagd om zich niet maximaal in te spannen tegen Nederland. Later zou hij in Hongarije worden aangeklaagd om die uitspraak.

Sommigen zagen er een omgekochte wedstrijd in, anderen niet. Beenhakker zei bijvoorbeeld dat hij niks geks had opgemerkt. Velen wezen ook op de fabelachtige redding die Van Breukelen kort voor tijd moest verrichten.

Rob de Wit loopt juichend weg na zijn fraaie stift

De keeper zelf vertelde later over dat moment in het NRC. "In de laatste minuten kopt een Hongaar de bal in de richting van de kruising. Ik tik 'm er met een reflex uit. De enige keer in mijn carrière dat ik werd gezoend, was toen. Ben Wijnstekers gaf me een kus op mijn voorhoofd. Als die bal erin was gegaan, was het toch gewoon 1-1 geweest? Nee, het voelde voor mij absoluut niet als een omgekochte wedstrijd."

De KNVB ontkende alle betrokkenheid. Hard bewijs voor omkoping kwam er nooit. Langzaam maar zeker verstomden de geluiden over duistere zaken.

Wat overbleef was die ene stift in de 72ste minuut.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl