Lyles voegt daad bij woord en wint 100 meter: 'Ben grootste wolf onder wolven'
Noah Lyles heeft in Parijs de olympische 100 meter op zijn naam gebracht. De Amerikaan won het koningsnummer van het atletiektoernooi in een tijd van 9,79.
Lyles won met een op het oog niet zichtbaar verschil van vijf duizendsten van een seconde van de Jamaicaan Kishane Thompson. Het brons ging naar Lyles' landgenoot Fred Kerley: 9,81.
De Italiaanse titelverdediger Lamont Marcell Jacobs kwam niet verder dan de vijfde plaats: 9,85.
Amerikaanse traditie
Justin Gatlin was tijdens de Zomerspelen van 2004 in Athene de laatste Amerikaan die het koningsnummer op zijn naam had geschreven. Sinds de Spelen van 1896 ging het goud op het sprintnummer vijftien keer eerder naar een atleet uit de Verenigde Staten.
Met ook nog eens vijftien zilver en negen brons voeren de Amerikanen de medaillespiegel van de 100 meter ruimschoots aan.
De 26-jarige Lyles liet zich vorig jaar in Boedapest ook al kronen tot wereldkampioen op de 100 meter. In Hongarije bepaalde hij zijn persoonlijke record op 9,83. In Parijs dook hij daar tijdens de race van zijn leven 0,04 seconde onder.
Op de ranglijst aller tijden staat hij daarmee nog steeds niet in de top tien. Sinds augustus 2009 wordt die ranking aangevoerd door Usain Bolt, met zijn 9,58 van de WK in Berlijn. Lyles moet na zondagavond genoegen nemen met de (gedeelde) twaalfde plaats.
Met de zege op het koningsnummer is zijn honger bij lange na nog niet gestild. Lyles aast in Parijs op niet minder dan vier stuks goud. In Boedapest kwam hij 'slechts' tot drie wereldtitels: op de 100 en 200 meter, plus de 4x100.
Grootste wolf
Was de olympische finale over een afstand van 99 meter betwist, dan had Thompson zich de nieuwe olympisch kampioen mogen noemen. Nu dankte Lyles die eer aan een ultieme beweging in die allerlaatste meter.
Lang was er onduidelijkheid. Maar nog voordat de finishfoto door de jury was bestudeerd, riep Lyles zichzelf al als winnaar uit. Op het tartan rukte hij het startnummer met daarop zijn naam van het shirt om daarnaar te wijzen. Hij, en niemand anders, was de snelste man op aarde.
"Dit is wat ik wilde", zei hij luttele minuten later. "De sterkste zijn in zo'n hard gevecht. Ik ben de grootste wolf onder de wolven."
Hoe groter zijn publiek, hoe liever showman Lyles het heeft. Dat de start van het koningsnummer akelig lang duurde omdat de organisatie een dj vlak voor de race vrij spel gaf, maakte de Amerikaan hoegenaamd niets uit. Ook de bijna 80.000 toeschouwers die luidkeels de tribunes bevolkten brachten hem niet van slag.
Sterker: "Vergeleken bij dit toernooi stelden de WK in Boedapest niet zoveel voor."
Spektakel
Showman Lyles gedijt nu eenmaal bij een beetje spektakel. Gebrek aan ambiance kostte hem naar eigen zeggen het goud op de 100 meter tijdens de vermaledijde Corona Spelen van drie jaar geleden in Tokio.
Hij verafschuwde het daar in Japan zelfs om atleet te zijn, bekende hij enkele dagen voor de start van het olympisch atletiektoernooi in Parijs.
"Normaal gelopen denk ik voor de start maar één ding. Showtime! Nu haatte ik het om atleet te zijn. Ik had alleen maar iets van: dit is niet leuk, ik wil dit niet. Het was waardeloos."
Brons op de 200 meter was de schrale oogst. Drie jaar moest hij geduld betrachten om zich te kunnen revancheren. Eindelijk kon hij de daad bij het hoogste woord voegen. Zijn zege op het meest spectaculaire nummer van het atletiektoernooi was een kwestie van tijd, klonk het een kleine week voor de finale vol bravoure.
Gevraagd waarom hij erin zou gaan slagen in de voetsporen van de legendarische Usain Bolt te treden door de 100 meter van Parijs te gaan winnen, antwoordde Noah Lyles zoals alleen Noah Lyles kan antwoorden.
"Als Noah Lyles Noah Lyles is, is niemand beter dan Noah Lyles."