Mondkapjes-partijen kruisen degens in rechtszaal
Aan wie behoort het geld toe dat Sywert van Lienden, Bernd Damme en Camille van Gestel verdienden aan de mondkapjesdeal in 2020? Om die kwestie draaide het vandaag in de rechtbank in Amsterdam, bij het begin van de civiele zaak tegen de drie.
Meerdere partijen azen op het bedrag van naar schatting 29 miljoen euro. Aan het eind van de zitting werd de voorzichtige bereidheid uitgesproken om met elkaar om de tafel te gaan, maar harde afspraken werden niet gemaakt.
De drie ondernemers sloten aan het begin van de coronapandemie in april 2020 een overeenkomst met het ministerie van Volksgezondheid over de levering van 40 miljoen mondkapjes uit China. De deal liep via hun commerciële bv en niet via hun non-profitstichting SHA. De miljoenenwinst die de mondkapjes bleken op te leveren, ging naar Van Lienden, Damme en Van Gestel zelf.
Het ministerie verkeerde echter in de veronderstelling zaken te hebben gedaan met SHA, stelde de landsadvocaat in de rechtszaal. Volgens haar zijn de drie ondernemers schuldig aan misleiding en bedrog.
De landsadvocaat verwees naar uitlatingen van Van Lienden, die destijds meermaals in de media zei dat hij zich "om niet" inzette voor mondkapjes. Omdat het om belastinggeld gaat, is de Staat volgens de landsadvocaat de rechtmatige bezitter van de 29 miljoen euro.
Goed doel
Ook het huidige bestuur van de SHA, dat werd aangesteld na het vertrek van de drie oprichters, eist de miljoenen op. De advocaat van het bestuur wees erop dat de stichting geen winstoogmerk heeft, maar dat dat niet betekent dat ze geen recht heeft op behaalde winsten. De stichting wil het geld schenken aan een goed doel, bijvoorbeeld aan de aanpak van long covid.
De gedaagde ondernemers stelden in hun verweer dat de Staat volgens hen wel degelijk wist dat er in zee werd gegaan met een commercieel bedrijf. Sterker nog: volgens de drie gebeurde dat op aandringen van het ministerie zelf.
De bij de onderhandelingen betrokken ambtenaar zou hebben gezegd dat een deal met de non-profitstichting om meerdere redenen onmogelijk was. Daarom richtte het drietal naar eigen zeggen in allerijl een bv op.
Van Lienden zegt dat er niet naar hem geluisterd is en dat hij "na jaren bakkeleien nu wel een schikking wil":
De advocaat van Damme zei dat het bij het sluiten van de deal "volstrekt duidelijk" was dat de bv en niet de stichting de contractpartner was. Hij vindt dat het ministerie een draai heeft gemaakt : de afgelopen jaren zeiden de toenmalige ministers Van Ark en Helder meermaals dat destijds bekend was dat het geen non-profitorganisatie betrof. De advocaat vindt het vreemd dat de Staat daar inmiddels kennelijk anders over denkt.
De landsadvocaat zei daarover dat de ministers zich toen baseerden op "een onvolledig dossier". Inmiddels zou, mede op basis van nieuw opgedoken gespreksopnames, duidelijk zijn geworden dat het ministerie wel degelijk is misleid door het drietal.
De drie ex-bestuurders kwamen ook zelf aan het woord. Ze verdedigden hun handelwijze, door net als hun advocaten te stellen dat ze voortdurend open kaart hebben gespeeld tegen het ministerie. "Dat kan ik met de hand op mijn hart zeggen", zei Van Lienden.
Mijn carrière is totaal gebroken.
Wel benadrukten ze ieder dat ze het tijd vinden om de zaak af te sluiten. "Ik heb te maken gehad met doodsbedreigingen, aantoonbare leugens die over mij zijn verteld", zei Damme. "Mijn carrière is totaal gebroken."
Ze staan naar eigen zeggen open voor een schikking. Vorig jaar zomer was er bijna een deal met Damme en Van Lienden om de winst onder voorwaarden terug te betalen, maar dat ging uiteindelijk niet door omdat de SHA wilde dat ook Van Gestel akkoord ging.
Damme wil de gesprekken nu heropenen. "Ik denk dat ik dat geld rechtmatig heb verdiend, maar ik hang niet aan dat geld", zei hij. Zijn voormalige compagnon Van Gestel sprak de hoop uit dat er geen "onacceptabele voorwaarden" aan een schikking zijn verbonden.
Van Lienden zei dat hij "verder wil met zijn leven". Hij zinspeelde er wel op dat het Openbaar Ministerie de strafzaak over de mondkapjes moet laten vallen in ruil voor een schikking. De rechter ging daar niet op in.
Morgen kort geding
Het bestuur van de Stichting Hulptroepen Alliantie en de Staat toonden zich eveneens bereid om over een schikking te praten. De laatste procespartij, bestaande uit medewerkers van de SHA, was minder enthousiast. Volgens hun advocaat is de zorgsector meer gebaat bij een oordeel van de rechter dan bij een schikking.
In mei gaat de zaak waarschijnlijk verder, de uitspraak wordt pas in november verwacht. Wel dient morgen een kort geding dat Van Lienden heeft aangespannen. Daarin eist hij dat de beslaglegging op zijn vermogen wordt opgeheven.