Een bouwplaats in Bet Shemesh
NOS NieuwsAangepast

Palestijnen mogen sinds oorlog niet meer in Israël werken, impact economie groot

  • Nasrah Habiballah

    Correspondent Israël en de Palestijnse gebieden

  • Nasrah Habiballah

    Correspondent Israël en de Palestijnse gebieden

Yossi Galili is een van de vele aannemers in Israël die met de handen in het haar zitten. Het bouwproject waar zijn bedrijf aan werkt ligt sinds de oorlog helemaal stil. Al zijn werknemers zijn Palestijnen van de bezette Westelijke Jordaanoever. Toen de oorlog begon, zijn hun werkvergunningen direct ingetrokken, omdat de Israëlische overheid de Palestijnen vanaf dat moment als veiligheidsrisico zag.

En dus kan hij niet verder, vertelt hij bij een rondleiding over het bouwterrein. "We bouwen hier 104 appartementen. Elke dag waren hier zo'n 100 mensen aan het werk. Timmermannen, metselaars, van alles. Maar sinds 7 oktober is het hier helemaal stil."

Galili is lang niet de enige die z'n project om die reden stil moest leggen. In totaal werkten voor de oorlog zo'n 150.000 Palestijnen in Israël, van wie velen in de bouwsector. Met als gevolg dat nu ongeveer de helft van alle bouwprojecten in Israël stilligt.

Aannemer Yossi Galili laat zijn lege bouwplaats zien:

Helft bouwprojecten in Israël ligt stil zonder Palestijnse arbeiders

De zorgen over de gevolgen voor de economie zijn groot, zegt Raul Srugo, president van de Israëlische bouwvereniging: "De Israëlische economie is afhankelijk van de bouwsector. Wij zijn ongeveer 20 procent van het bruto binnenlands product en hebben dus een groot effect. Ook op de banken. Want als zoveel bedrijven in gevaar komen en de banken niet meer kunnen betalen, dan komen ook de banken in gevaar."

Galili wijst naar een aantal grote bouwkranen op het terrein: "Die kranen moet je van tevoren allemaal boeken en betalen. En zo is dat met heel veel bouwmachines en apparatuur. Dat staat hier nu allemaal ongebruikt. Alleen dat kost ons elke dag al bakken met geld. Daarnaast moeten we ook de rente bij de bank betalen."

De zorgen in de bouwsector zijn zo groot dat honderden mensen uit de sector in Tel Aviv samen zijn komen voor een noodconferentie. Srugo:" Wij willen zo een boodschap afgeven aan de regering. En dat is dat als wij Hamas in Gaza verslaan, maar we verliezen onze economie, de oorlog toch verliezen."

Aziatische arbeidsmigranten als oplossing?

De Israëlische regering wil het probleem oplossen met het aantrekken van tienduizenden bouwvakker uit Aziatische landen als China, India en Thailand. Maar dat is een lang proces. Want al die arbeidsmigranten worden eerst uitgebreid gecontroleerd. Zo kijkt Israël bijvoorbeeld of ze de juiste papieren hebben, gezond zijn en geen crimineel verleden hebben.

"Die bureaucratie duurt veel en veel te lang", zegt Srugo. "De oorlog is bijna vijf maanden geleden begonnen en tot op de dag van vandaag hebben we nog niemand hier naartoe kunnen halen. Dit gaat niet zo. De regering moet begrijpen dat wij nu actie moeten nemen."

Ook Galili ziet het niet als oplossing: "Als die mensen op een gegeven moment komen, dan gaan die eerst naar de grootste bedrijven. De kleinere bedrijven komen pas later aan de beurt en moeten nog langer wachten."

Palestijnse gezinnen missen geld

Ook de Palestijnse economie wordt hier hard door getroffen, vertelt Rasem Al Bayari van de Palestijnse vakbond. "Al die werknemers samen hadden bij elkaar per maand ongeveer een salaris van zo'n 250 miljoen euro per maand. Dat geld hield de Palestijnse markt en productie in beweging. Dus dit heeft op allerlei manier invloed op de Palestijnse economie."

Volgens Al Bayari worstelen ouders met het betalen van schoolgeld van hun kinderen, zorg en andere benodigdheden voor het gezin. En krimpt de Palestijnse economie hierdoor, terwijl die economie ook voor de oorlog al erg zwak was.

Ook Galili maakt zich grote zorgen over zijn Palestijnse werknemers: "Ik bel elke dag met ze. Het is voor hen heel moeilijk. Ze hebben al vier maanden geen inkomen gehad en kunnen hun rekeningen niet meer betalen."

Hij is even stil en wijst dan naar een witte container op het terrein. "Dat is het kantoor van onze Palestijnse projectmanager. Elke dag dronken we samen." Dan breekt Galili's stem en begint hij te huilen. "Ik mis ze", zegt hij in tranen. "Het zijn mijn vrienden, we zagen elkaar elke dag. Ze hebben het nu heel moeilijk."

'Hebben Palestijnen nodig'

Toch is het terughalen van de Palestijnse werknemers volgens de Israëlische regering geen optie. Die zit ze nog steeds als veiligheidsrisico.

"De regering luistert naar de populistische stemmen in dit land", zegt Galili. "Maar de Palestijnen die hier komen willen gewoon werken en geld verdienen om hun gezin te onderhouden. En die angst onder de bevolking, daar zijn oplossingen voor. Je kan mensen van tevoren laten checken door de veiligheidsdiensten. En als men ziet dat het goed gaat, verdwijnt die angst vanzelf. We hebben de Palestijnen nodig, dit kan niet zo."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl