Mathieu van der Poel
NOS Wielrennen

'Wie niet met open mond naar Van der Poel kijkt, heeft geen liefde voor de sport'

Terwijl hij zich in alle rust voorbereidt op een mogelijke - nee waarschijnlijke - zesde wereldtitel, mijmert de buitenwereld over hoe het ooit was, in 2015. Hoe Mathieu van der Poel negen jaar geleden, ook in het Tsjechische Tabor, debuteerde bij de profs. En hoe hij er gelijk zijn speeltuin van maakte.

De parallel met Wout van Aert was er ook toen al. De Belg, net als Van der Poel net 20 geworden, maakte dat jaar ook zijn debuut op een WK bij de profs. En ook hij hoorde al direct bij de favorieten voor goud.

Maar na een uur door het Tsjechische veld was het Van der Poel die won en Van Aert die zijn stuur stuksloeg uit frustratie. Een voorbode op wat komen zou.

Terug naar Tábor (2015): de dag dat Adrie 'de vader van Mathieu' werd

Hoe Van der Poel won? Hij reed in de eerste ronde weg bij iedereen. Zo simpel als die zin klinkt, zo simpel ging het ook. Van der Poel zag de eerste balken op het parcours en dacht: 'leuk, ik spring eroverheen'. De concurrentie zag twee obstakels, remde even of stapte af.

Zoals vader Adrie van der Poel het naderhand verwoordde: "Het is net alsof hij in een speeltuin rondrijdt. Dat is het al van jongs af aan, vanaf dat hij drie of vier jaar oud was. Hij is ontspannen als hij op de fiets zit, hij is gewoon zichzelf. En ik hoop natuurlijk dat hij dat de komende jaren ook blijft."

Van Aert, die ook toen al diverse ereplaatsen achter zijn naam had staan, vond achteraf dat hij toch echt wel had kunnen winnen, als hij geen pech had gekregen. "Met deze benen had ik gewoon moeten winnen. Een zilveren en bronzen medaille heb ik al vaak genoeg gehaald."

Lars van der Haar, die met zijn 23 jaar toch al iets meer ervaring had, moest zijn meerdere erkennen in de twee jonkies en reed naar brons. "Dit is heel frustrerend, maar ook heel knap van Mathieu. Hij is mentaal niet te kraken denk ik."

Stybar geeft het stokje door

Daar sluit Zdenek Stybar zich bij aan. De Tsjech, die dit weekeinde in Tábor afscheid neemt als prof, is de laatste jaren een trainingspartner van Van der Poel als de twee in België zijn, waar ze beiden wonen.

"We trainen regelmatig samen. Er zijn geen twintig man met wie ik zo hard en zo lang kan trainen, dus dat is goed voor mij en ook goed voor hem. We hebben ook heel veel gelachen. In de coronaperiode hebben we elkaar redelijk kapotgereden. We hebben daar goede herinneringen aan, het was plezant."

Stybar gunt trainingsmaat Mathieu titel in Tábor: 'Gaat heel mooi afscheid worden'

Ooit was Stybar de Van der Poel van zijn tijd. In 2011 pakte Stybar in een besneeuwd Tábor zijn eerste wereldtitel in het veld. Dat kunstje herhaalde hij een jaar later, maar legde zich intussen ook steeds meer toe op zijn wegloopbaan.

In 2014 keerde nog een keertje terug. Met slechts een handvol veldritten in de benen greep hij in Hoogerheide zijn derde wereldtitel bij de profs.

De jonge Van der Poel reed dat jaar nog bij de beloften en kwam voor eigen publiek niet verder dan brons. Tot een wisseling van de wacht kwam het niet, want Stybar sloeg het WK in eigen land over vanwege schouderproblemen.

Van der Poels dominantie was onvermijdelijk, weet Stybar. "Hij komt uit een bijzondere familie. Het zit in zijn DNA. En hij is mentaal heel sterk. Hij is technisch zo goed en hij is explosief. Hij kan gewoon alles."

Op Van der Poel raak je nooit uitgekeken: 'Over vijftig jaar praten we hier nog over'

Ook Sven Nys (wereldkampioen in 2005 en 2013) en Paul Herygers (wereldkampioen in 1994) komen superlatieven te kort, ook al hebben ze al honderden koersen gezien met Van der Poel.

"Hij overstijgt onze discipline", zegt Nys, tegenwoordig ploegbaas van Baloise-Trek Lions, misschien wel de beste ploeg in het veldritcircuit. "Hij is iemand waar iedereen nog steeds met open mond naar zit te kijken. Als je dat niet doet, dan heb je geen liefde voor deze sport. Over vijftig jaar spreken we hier nog over."

Volle bak

Terug naar 2015. Besefte Van der Poel zelf wat hij gedaan had? "Nee, nog niet helemaal. Ik denk dat dat nog wel effe gaat duren." Braaf getooid met een KNWU-petje stond hij NOS-verslaggever Jeroen Koster te woord.

Dat zijn vader er vijftien jaar over had gedaan, kwam ter sprake. "En mij lukt het gelijk de eerste keer. Het is ongelooflijk, ik kan het niet beschrijven."

Meervoudig wereldkampioenen veldrijden

7 Erik De Vlaeminck (Bel)
5 Mathieu van der Poel (Ned), Renato Longo (Ita), André Dufraisse (Fra), Albert Zweifel (Zwi)
4 Roland Liboton (Bel)
3 Wout van Aert (Bel), Zdenek Stybar (Tsj), Erwin Vervecken (Bel), Mario De Clercq (Bel), Rolf Wolfshohl (W-Dui), Roger Rondeaux (Fra)
2 Sven Nys (Bel), Niels Albert (Bel), Bart Wellens (Bel), Klaus-Peter Thaler (W-Dui)

Zondag is Van Aert niet van de partij, hij stelt zijn winter in het teken van een optimale voorbereiding op zijn wegprogramma. Van der Poel krijgt ogenschijnlijk een vrijgeleide richting zijn zesde wereldtitel. Dan is hij nog slechts één regenboogtrui verwijderd van het record van een andere illustere Belg: Erik De Vlaeminck.

En hoewel Van der Poel de laatste tijd zelf zinspeelde op een winter zonder cross, twijfelt Nys geen moment. "Ik denk dat hij gaat blijven crossen tot hij acht wereldtitels heeft. Zo zou ik het doen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl