Frankrijk zet Palestijnse activist land uit om mogelijke 'spanningen en haat'
Frankrijk heeft een Palestijnse activist huisarrest opgelegd. Ze zal het land worden uitgezet omdat haar aanwezigheid in Frankrijk volgens de regering kan leiden tot "spanningen, haat en geweld".
Het gaat om de 72-jarige Mariam Abou Daqqa. Ze is lid van het linkse Volksfront voor de Bevrijding van Palestina, dat door de Europese Unie en de Verenigde Staten wordt beschouwd als een terroristische organisatie.
Abou Daqqa is verplicht om van 22.00 uur tot 7.00 uur in haar hotel in Marseille te blijven. Elke dag om 12.30 uur moet ze zich op het politiebureau melden. Dat huisarrest geldt in principe voor 45 dagen en in die tijd moet haar uitzetting naar de Palestijnse gebieden worden geregeld.
Politiek besluit
"Ik dacht dat Frankrijk een democratie was'', zei de Palestijnse in een reactie. "Ik begrijp er niets van. Ik heb een visum gekregen. Ik ben geen terrorist. Ik ben een linkse activist die hier komt praten over vrouwenrechten en Palestijnen.''
Volgens haar is het huisarrest en de uitzetting een politiek besluit. "De Franse regering zet mij neer als een terrorist omdat ik me uitspreek tegen de Israëlische bombardementen.''
Ophef na aankomst
Abou Daqqa was al enkele weken in Frankrijk voor lezingen en gesprekken. Ze had in Jeruzalem een visum gekregen van het Franse consulaat, maar al snel na aankomst ontstond er ophef. De linkse oppositie had haar uitgenodigd voor een bezoek aan het parlement, maar dat stuitte op verzet van de parlementsvoorzitter.
"Als we in het parlement het woord geven aan iemand die lid is van een terreurorganisatie, dan worden we een podium van haat en geweld'', aldus voorzitter Yaël Braun-Pivet.
Een bezoek van Abou Daqqa aan de universiteit van Lyon leidde tot protest van politici en een Joodse organisatie. Een openbare bijeenkomst in de zuidelijke stad Martigues werd verboden door de politie.
Preventief ingrijpen
Voor de regering was daarmee de maat vol. "Gezien de huidige spanningen kan haar aanwezigheid tot ordeverstoringen leiden'', aldus het ministerie van Binnenlandse Zaken. Daarbij werd verwezen naar het geweld in Israël en de Gazastrook en naar de terreuraanslag vorige week in Arras.
Het besluit van de overheid is opmerkelijk omdat 'preventief' wordt ingegrepen. Het huisarrest en de uitzetting zijn bedoeld om mogelijke onlusten te voorkomen.
Een week geleden stuurde de minister van Binnenlandse Zaken ook al een telegram aan alle prefecturen met de opdracht om pro-Palestina-demonstraties preventief te verbieden. Er was angst voor ongeregeldheden.
Dat leidde tot kritiek van de Raad van State. "Demonstraties mogen niet verboden worden omdat de minister dat per telegram zegt, en ook niet omdat die demonstratie bedoeld is als steunbetuiging aan de Palestijnen'', schrijft de Raad van State. "Het is aan de prefect om dat van geval tot geval te beoordelen, los van de vraag welke partij in het Israëlisch-Palestijnse conflict door de demonstranten wordt gesteund.''