Turnteams komen van ver, maar Parijs is binnen: 'Ze steunen elkaar door dik en dun'
De Bercy Arena van Parijs zal oranje kleuren. Maar liefst tien Nederlandse turners - mannen en vrouwen - komen daar volgend jaar in actie tijdens de Olympische Spelen. Het is de oogst van de kwalificatiewedstrijd bij de WK turnen, waar beide teams een ticket naar Parijs wisten te bemachtigen.
Bij de mannen leverde dat emotionele taferelen op in Antwerpen. Allrounder Jermain Grünberg huilde op de tribunes tranen met tuiten, toen hij zich realiseerde dat hij op de drempel staat van zijn olympisch debuut. Routinier Casimir Schmidt, die de Spelen van Rio en Tokio misliep, hield het eveneens niet droog.
Vreugde was er ook bij de vrouwen na het bereiken van hun grote doel, al was de apotheose minder zinderend. Het team hoort immers al jarenlang thuis in de toptwaalf, de vereiste positie voor een olympisch ticket. Niet voor niets waren de turnsters ook in Rio en Tokio van de partij.
Het lijkt haast vanzelfsprekend, een Nederlands vrouwenteam op de Spelen. Maar dat is het allerminst, na de turncrisis die ook de Nederlandse topturnsters raakte. Het topsportprogramma kwam stil te liggen, het bondsbureau liep leeg na het vertrek van de bondscoach en de technisch directeur.
Gevolg was dat bondscoach Jeroen Jacobs, die in de zomer van 2022 de overstap maakte van de mannen naar de vrouwen, nagenoeg op 'nul' begon. "Vanaf het EK in München vorig jaar zijn we gaan bouwen met de ploeg. Maar ik heb eigenlijk altijd wel een lijn van progressie gezien."
Minder intensiteit, meer kwaliteit
Jacobs werkte met de turnsters en hun individuele coaches toe naar het cruciale WK, waar de olympische tickets werden verdeeld. "We hebben keuzes gemaakt in de oefeningen. En ook de voorbereidingen anders aangepakt. Wat minder op intensiteit, en meer op kwaliteit. We hebben getraind op het 'hitten' van een oefening op het moment dat het moet."
Het helpt daarbij dat Jacobs de beschikking heeft over de oudste turnploeg van dit WK, met een gemiddelde leeftijd van 25,67 jaar. "Dat is hartstikke fijn. Je hoeft niemand meer wat te vertellen. Een ieder kan haar eigen wedstrijd draaien en weet wat er van haar verwacht wordt. Dat is alleen maar makkelijk."
Bekijk hieronder hoe de turnsters zondag hun oefeningen deden bij de WK. Pas een dag later wisten ze dat hun score genoeg was voor Parijs 2024.
Exemplarisch voor die volwassenheid is dat de turnsters samen mogen bedenken hoe zij de teamfinale op het WK gaan aanpakken, vertelt Jacobs met een lach op het gezicht. "Ze hebben zelf bedacht wie er wat gaat turnen en wat de volgorde wordt. Dat weet ik nog niet. Dat is wel kenmerkend."
Technisch directeur Jeroen van Leeuwen kan in de catacomben van het snikhete Antwerpse Sportpaleis tevreden constateren dat de sfeer in en rondom de vrouwenploeg in positieve zin is veranderd. "Als ik nu kijk hoe ze daar met elkaar staan en een team vormen, dan vind ik dat hartstikke mooi."
Moeilijke jaren
In anderhalf jaar tijd heeft Van Leeuwen met de turnsters en de trainersstaf gebouwd aan een fundament dat het voor het team mogelijk maakt de moeilijke jaren achter zich te laten en de blik weer op de toekomst te richten. "Daarin hebben we echt wel wat cruciale momenten gehad. De terugkeer van Sanne (Wevers, red.) bijvoorbeeld, daar is genoeg over gezegd en geschreven."
"Ook Nico Zijp en Vincent Wevers zaten in een lastige periode", zegt Van Leeuwen, verwijzend naar de trainers die verwikkeld waren in tuchtzaken en inmiddels beiden zijn vrijgesproken. "Dat was voor mij ook pittig: moest ik wel of niet Vincent meenemen naar wedstrijden. Ik heb er altijd voor de volle honderd procent achter gestaan."
De mannenploeg moest de afgelopen jaren op zoek naar nieuwe krachten. Na de Spelen van Tokio gingen Epke Zonderland en Bart Deurloo, twee sterkhouders in het afgelopen decennium, met turnpensioen.
Deurloo kwam daar dit jaar op terug, omdat hij het verjongde team graag naar de Spelen wilde helpen. "Het is hartstikke mooi dat Bart nogmaals de Olympische Spelen mee kan maken. Als hij zich weer in het team weet te turnen, want dat moet hij volgend jaar nog wel even doen natuurlijk."
Dat is tekenend voor de aanwas binnen de mannenploeg, die met Jordi Hagenaar en Martijn de Veer (beiden 20) en Jermain Grünberg (23) inmiddels een aantal jonge allrounders binnen de geledingen heeft. "Bij de mannen is de teamgeest geweldig. Het is fantastisch om te zien hoe die jongens met elkaar omgaan. Ze steunen elkaar door dik en dun. Waarbij Casimir Schmidt een heel belangrijke rol heeft als nestor van de ploeg."
A-status
Het team is nog volop in opbouw, maar de kwalificatie voor de Spelen komt volgens Van Leeuwen op een goed moment. "Dit helpt enorm, ook in de gesprekken die we nog gaan hebben met NOC*NSF. De A-statussen van de sporters zijn veiliggesteld, dat was bij de mannen toch iedere keer een ding. Daar hebben ze veel druk door ervaren. Daarom is dit prachtig voor hen."
