De Ligt draagt bij aan zevenklapper Bayern, maar ondergaat MRI-scan na tik
Bayern München heeft in de Bundesliga met zijn vierde zege in vijf duels de koppositie heroverd. De titelhouder had thuis geen genade voor VfL Bochum: 7-0.
Bayern won de afgelopen twee seizoenen ook al twee keer met 7-0 van Bochum en die kant ging het nu opnieuw al snel op. In het eerste halfuur kon de aanhang van landskampioen al drie keer juichen: Eric Maxim Choupo-Moting tikte raak na een soepele aanval, Harry Kane benutte een rebound en Matthijs de Ligt, die zowaar weer eens in de basis begon, kopte z'n eerste thuisgoal voor Bayern tegen de touwen.
Via Leroy Sané nog voor de pauze en Kane (tweemaal) en Mathys Tel na rust liep Bayern verder uit. Kane maakte als vierde Engelsman een hattrick in de Bundesliga. Tony Woodcock (twee keer voor FC Köln begin jaren tachtig), Kevin Keegan (Hamburger SV in 1978) en Jadon Sancho (Borussia Dortmund in 2020) waren hem voorgegaan.
De Ligt moest zich overigens in de rust van het duel laten vervangen. "Hij heeft een tik op een knie gekregen", vertelde trainer Thomas Tuchel achteraf. "We laten een MRI-scan maken." Voorzitter Herbert Hainer verwacht niet dat De Ligt zwaar geblesseerd is. "Ik geloof niet dat het iets ernstigs is", zei hij. "Maar we moeten even afwachten."
Werner en Reus beslissend voor hun ploeg
RB Leipzig boekte ook zijn vierde overwinning en klom zo naar de derde plaats achter VfB Stuttgart dat vrijdagavond al met 3-1 van SV Darmstadt 98 had gewonnen. Bij Borussia Mönchengladbach won de Oost-Duitse ploeg moeizaam met 1-0.
Mönchengladbach verzamelde dit seizoen pas twee punten, maar deed niet onder voor de tegenvallende Roten Bullen. Een kwartier voor tijd belandde een mooi steekpassje van Xavi Simons via Mönchengladbach-verdediger Ko Itakura (oud-FC Groningen) bij Timo Werner, die vanuit een lastige hoek zijn eerste Bundesliga-doelpunt sinds april maakte.
Nummer vier Borussia Dortmund had de nodige moeite om de drie punten veilig te stellen. Het won in eigen huis met 1-0 van VfL Wolfsburg dankzij een treffer van Marco Reus halverwege de tweede helft.