Onderzoek ontwikkelingsgeld: EU houdt zich niet aan internationale regels
De Europese Unie houdt zich niet aan internationale regels voor het gebruik van ontwikkelingsgeld en handelt ook in strijd met de eigen richtlijnen. Dat stellen onderzoekers die in opdracht van hulporganisatie Oxfam Novib het gebruik van EU-ontwikkelingsgeld bekeken. Hun conclusies staan in het rapport Van ontwikkeling naar afschrikking?, dat vannacht is gepubliceerd.
In het EU-fonds voor ontwikkelingshulp zit bijna 80 miljard euro. Ongeveer 10 procent daarvan is bestemd voor activiteiten die te maken hebben met migratie. De onderzoekers bekeken zestien projecten in Tunesië, Libië en Niger uit deze categorie.
Veel migranten die naar de Europese Unie komen, trekken door deze landen en de EU ziet ze daarom als cruciaal. De onderzoekers bekeken in hoeverre de projecten in deze landen voldeden aan wettelijke criteria die de EU zichzelf stelt. Het onderzoek liep tot mei van dit jaar.
Volgens Julia Verheul, een van de onderzoekers, zijn van de zestien onderzochte projecten er zes (deels) in strijd met de regels die opgesteld zijn door de Organisatie voor Economische Samenwerking en Ontwikkeling (OESO), die bepaalt wat ontwikkelingsgeld is en wat niet.
Geld naar grensbewaking
"Ontwikkelingshulp moet volgens Europese regels worden gebruikt om armoede terug te brengen. Wij zagen dat geld dat bestemd is voor hulp aan de allerarmsten, regelmatig wordt uitgegeven aan projecten voor grensbewaking in Libië, Tunesië en Niger. Daar is juist dit geld niet voor bestemd", zegt Verheul.
Volgens de onderzoekers is sprake van een strategie en gebruikt de EU steeds meer ontwikkelingsgeld om migranten af te schrikken in plaats van armoede uit te bannen. "Terwijl armoede en ongelijkheid in Tunesië toenemen, maakt de EU afspraken met de Tunesische president. Daarbij wordt de economische ontwikkeling van het land ondergeschikt gemaakt aan de migratieproblemen van de EU", stelt Dirk-Jan Jalvingh van Oxfam Novib, opdrachtgever van het onderzoek.
In juli sloten de EU en Tunesië een deal om het explosief gestegen aantal migranten dat via Tunesië naar de EU komt terug te dringen, in ruil voor honderden miljoenen euro's. Op de deal is veel kritiek, onder meer vanwege de slechte mensenrechtensituatie van migranten in het land.
Nederland geeft steun aan projecten in Niger. "We zagen dat verschillende EU-landen bij allerlei projecten aangesloten zijn of geld geven. In het geval van Nederland zagen we dit met name terug in de projecten die in Niger zijn gestart. Het gaat hierbij om projecten tot 200 miljoen euro. De specifieke bijdrage van Nederland hebben we niet kunnen achterhalen", zegt Julia Verheul.
Het onderzoek was ook bedoeld om meer transparantie en duidelijkheid te krijgen over de besteding van het EU-geld. Dat is ingewikkeld, zeggen de onderzoekers, omdat er geen overzicht is van de projecten die betaald worden uit de 80 miljard euro EU-geld voor ontwikkelingshulp.
Het Europees Parlement vraagt bijvoorbeeld al een jaar om een overzicht van EU-geld dat naar projecten in Libië gaat, tot nu toe tevergeefs. De onderzoekers bepleiten daarom meer openheid en meer toezicht op de besteding van het geld.
"Het gaat om honderden miljoenen aan publiek geld die worden verkocht als ontwikkelingshulp, maar dat eigenlijk niet zijn", aldus Verheul. "Het Europees Parlement tast in het duister en kan haar democratische taak niet vervullen. Wij zeggen met dit rapport: dit moet veranderen."
ChristenUnie, D66, Pvda/GroenLinks en Volt hebben Kamervragen gesteld naar aanleiding van het onderzoek.