Staatsbegrafenis koningin Elizabeth kostte Staat 187 miljoen euro
De staatsbegrafenis van de Britse koningin Elizabeth en de aanloop daarnaartoe hebben de Britse regering bijna 162 miljoen pond (187 miljoen euro) gekost. Dat heeft het Britse ministerie van Financiën bekendgemaakt. De 96-jarige monarch, die bijna 71 jaar op de Britse troon zat, overleed vorig jaar september.
De vorstin lag afgelopen najaar vijf dagen opgebaard in Westminster Hall, een historische zaal in het parlementsgebouw in Londen. De massale belangstelling leidde tot lange rijen bij de Houses of Parliament in het centrum van de hoofdstad.
Bij het overbrengen van de kist naar Windsor Castle stonden ook nog eens miljoenen mensen langs de route. Voor de begrafenis zelf reisden talloze wereldleiders en leden van buitenlandse koninklijke huizen af naar de hoofdstad.
In een toelichting laat het ministerie van Financiën weten dat een groot deel van het geld is gebruikt om de operatie in goede banen te leiden en ervoor te zorgen dat publiek veilig kon deelnemen aan het afscheid. Het grootste deel van de kosten werd opgehoest door het ministerie van Binnenlandse Zaken en dat van Cultuur.
Het ging om de grootste staatsbegrafenis sinds die van Winston Churchill in 1965.
Dit was het publieke gedeelte van de uitvaart van koningin Elizabeth: