NOS WielrennenAangepast

Voor 'De Vrienden van Parijs-Roubaix' is schoonhouden van de kasseien een roeping

  • Rens Went

    redacteur NOS Sport

  • Rens Went

    redacteur NOS Sport

De achterbak van François Doulcier (58) lijkt op die van een inbreker. Volgeladen met scheppen, bezems, pikhouwelen en koevoeten trekt hij door Noord-Frankrijk. Samen met zijn kompanen bezemt Doulcier de kasseien van wielerklassieker Parijs-Roubaix schoon. Alles voor een veilige passage door de Hel.

"De kasseien liggen er goed bij", vertelt Doulcier enthousiast twee dagen voordat de vrouwen en drie dagen voordat de mannen naar Roubaix racen. Het blijft droog, zeggen de weerstations. Dat betekent geen glimmende, maar mat grijze kasseien en een stoffige, maar wel iets veiligere koers.

Tot vreugde van de vrijwilligers van Les Amis de Paris-Roubaix, want hun doel is: de koers zo veilig mogelijk maken.

De 120ste Parijs-Roubaix is 256,6 kilometer lang, waarvan 54,5 kilometer kasseien. De eerste van 29 stroken ligt op 160 kilometer van de finish, de laatste op 1,4 kilometer van de streep. De meest gevreesde vijfsterrenstroken passeren de renners vanaf 15.00 uur.

  • EPA
    Wout van Aert en Stefan Küng op een kasseistrook tijdens Parijs-Roubaix 2022
  • AFP
    Renners in het bos van Wallers tijdens Parijs-Roubaix van 2022
  • AFP
    Mathieu van der Poel op kop van een groepje tijdens Parijs-Roubaix 2022

Hun werk voor de huidige editie begon de ochtend nadat Dylan van Baarle in 2022 solo was aangekomen op de wielerbaan van Roubaix. Doulcier en zijn mannen, bijna-gepensioneerde vijftig- en zestigplussers, richtten de blik direct op de staat van de kasseien. "Die was goed dit jaar", zegt Doulcier.

Doulciers vrijwilligers staan het hele jaar door wekelijks paraat voor taakjes op het parcours. Denk aan grasmaaien op de 'rug' van de stroken, stenen schoonvegen, water wegpompen of een 'lapje' nieuwe keien leggen. Want soms zijn de pavés, waarvan een enkeling Napoleon III nog meemaakte, langs de kant zo verzakt dat het te gevaarlijk is voor de renners.

Marteling van geraamte en geest

"De slechtste delen zijn in de afgelopen jaren al vernieuwd", vertelt Doulcier. Door grote bedrijven in overleg met koersorganisator ASO. "Elk jaar kunnen we zo ongeveer 200 meter opnieuw aanleggen." Maar de kasseistroken mogen ook weer niet te makkelijk worden.

Want met zestig in het uur over de kasseien razen, kraakt de botjes in de polsen en klotst het wielerbrein suf tegen de schedelwand. Een marteling van het geraamte en de geest. En dat moet zo blijven. Aan les amis om die balans te bewaren.

Speciale aandacht gaat uit naar de door het peloton zo verguisde vijfsterrenstroken Trouée d'Arenberg, Mons-en-Pévèle en Carrefour de l'Arbre, daar waar renners de ogen sluiten en bidden voor een goede afloop. De kasseien liggen er schots en scheef.

Is een kassei kapot, dan wippen ze hem eruit als een rotte kies. Een gloednieuwe komt ervoor terug. Geef Doulcier maar kasseien van "robuust" graniet, die breken niet zo snel, of "mooi roze" zandsteen. Als het maar niet dat "verschrikkelijke" kalksteen is.

Het werk begint, meestal op zaterdag, rond negen uur en eindigt tegen drieën. "We picknicken samen, soms met een biertje in het gras. En de dag eindigt in de pub, met lokaal speciaalbier."

  • Les Amis de Paris-Roubaix
    François Doulcier (derde van rechts) en zijn 'amis de Paris-Roubaix' in het bos van Wallers in december 2022
  • Les Amis de Paris-Roubaix
    Een lap kasseien wordt vervangen ter voorbereiding op een Tour-etappe van 2022
  • Les Amis de Paris-Roubaix
    Werkzaamheden aan de kasseistroken
  • Les Amis de Paris-Roubaix
    Werkzaamheden aan de kasseistroken

Zo liep Doulcier met zijn team, Fransmannen met carrières in waterleidingbeheer, telecom en de bouw, vrijwel iedere centimeter van 54,5 kilometer aan kasseien na.

'De Vrienden van Parijs-Roubaix' doen het al sinds 1970. Zelf is Doulcier, inmiddels voorzitter, vanaf 2002 actief. Als hij straks met pensioen is, na een lang leven in de motorindustrie, stort hij zich volledig op de kasseien.

Blubber en plassen

Kan geen kwaad, want de zorg voor het parcours stopt eigenlijk nooit. En met de Hel van het Noorden in aantocht wordt het werk altijd net even intensiever. Zoals anderhalve week geleden, tussen Haveluy en Wallers. Stond het water plots op enkelhoogte, een blubberige modderlaag op de kasseien. Dan rukken les amis uit.

Doulcier: "We hebben geprobeerd stilstaand water weg te pompen en het pad droog te leggen door geulen te graven aan de lage kant, zodat het water makkelijker zakt."

Een dag lang schoffelen en graven in de aarde is pittig. Eén kassei weegt al gauw twaalf kilo. "We moeten sterk zijn, met sterke armen vooral. Door de jaren heen ben ik wel sterker geworden, maar ik ben nu 58 jaar oud." Doulcier grinnikt: "Ik doe mijn best met mijn kleine armen."

"Momenteel is onze leeftijd geen probleem." Maar vroeg of laat zullen ook bij 'De Vrienden' de jaren gaan tellen. "Nu wij wat ouder zijn, proberen we jongere mensen te vinden."

Jeugdige hulp

Hulp komt van ruim tweehonderd leerlingen van twee landbouwscholen rond Valenciennes en Lille, die helpen bij het schoonvegen en de reparaties. "We plannen elk jaar twee weken met iedere school. En wij zijn erbij om dingen te checken", zegt Doulcier. "Het werkt heel goed."

"Met een school hebben we drie weken geleden het werk afgerond bij Mons-en-Pévèle."

Extra precair springt men om met de kwetsbaarste kasseienstroken, zoals die in het bos van Wallers, bij Arenberg, waar tractoren en auto's het bospad niet op komen, zodat de stenen niet nog meer verzakken.

Weg branden of weg borstelen van het hoge gras leverden te diepe groeven op en dus keerden 'De Vrienden' en de ASO zich tot veertig lokale geiten, die het gras weg knabbelden. Wout van Aert voorzag al een bijbaantje voor zijn twee eigen hoefdieren.

Wanneer Doulcier de race op de grote schermen in het velodrome ziet, kijkt hij gelijk of er geen problemen zijn geweest op de plekken waar zij hebben gewerkt. "Als de renners in orde zijn, zijn wij blij. Hun gezondheid is het belangrijkste."

Een roeping

De opluchting en voldoening vlak na de finish zijn de volgende ochtend al verdwenen. "Omdat we weer een jaar moeten wachten", lacht Doulcier. "Voor ons start het jaar de ochtend na de finish, en eindigt het op de avond van de race."

Doulcier: "Ons jaar loopt niet van januari tot december, maar van april tot april. Zo leven wij, het is onze passie. Een roeping."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl