Santi Kolk bij Union Berlin
NOS Voetbal

Kolk schrok zich rot bij Union Berlin: 'Wat is dit?!' Nu weet hij beter

  • Bas de Wit

  • Bas de Wit

Zo nu en dan betrapt oud-voetballer Santi Kolk zichzelf erop dat hij een liedje van Nina Hagen neuriet. De melodie van 'Eisern Union', het clublied van Union Berlin, zit ook ruim tien jaar nadat hij er speelde nog ergens in zijn hoofd.

Maar het zijn niet alleen nostalgische gevoelens die dan bij Kolk komen bovendrijven, niet alleen de mooie herinneringen aan zijn wedstrijden in het Stadion An der Alten Försterei of aan zijn doelpunt tegen stadgenoot Hertha BSC.

Wat hij ook lijkt te voelen, is spijt. "Als ik ze nu zie spelen, denk ik: ze hebben het geflikt. En ik heb er niks aan bijgedragen."

Kolk, 41 jaar inmiddels en tegenwoordig zaakwaarnemer van spelers in de eredivisie en in het buitenland, ging als speler in 2010 van Vitesse naar Union Berlin.

Zijn hele voetballeven had hij in de eredivisie gevoetbald, bij een hele reeks middenmoters. Hij stond bekend als een technische speler, frivool en eigenzinnig. En als een jongen met een behoorlijk grote mond, die zijn grote belofte niet helemaal had waargemaakt.

'Wat is dit?'

Union was zijn eerste club buiten Nederland. Kolk had er zin in: voetballen in de wereldstad Berlijn. Dat wordt een lekker leventje, dacht hij. Tot hij aankwam op het complex van de club, in de wijk Köpenick in het oosten van de stad.

"Jezus, wat is dit?, dacht ik. Ik zag op het complex niks meer dan een stel op elkaar gestapelde bouwketen. Dat was het qua faciliteiten. En de wijk bleek grauw. Een oude mijnwerkerswijk."

Anderzijds was er dat stadion, aan de rand van het bos. Klein maar sfeervol. Dat had Kolk al eens ondervonden met Vitesse, toen hij er een oefenwedstrijd speelde. En ook de verhalen over de loyale supporters van de club, die zelf het stadion hadden verbouwd, kende Kolk.

De eerste keer dat hij daar op het veld stond als speler van Union, was hij verkocht. Bij de opkomst zong iedereen dat lied van Hagen. En een groot deel van het stadion bestond uit staantribunes, gevuld met supporters die de hele wedstrijd de longen uit hun lijf zongen. "Toen begon ik wel te begrijpen wat spelen voor Union betekende. Het ademde voetbal."

Stadion An der Alten Försterei maakte indruk. Maar voor de rest... Union was, toen Kolk kwam, net gepromoveerd naar de Tweede Bundesliga en was in alles nog een kleine club. Kolk was voor Union-begrippen best een grote speler.

Dat vond hij zelf toen eigenlijk ook wel. "Ik kwam daar toch een beetje met het gevoel dat ik onder mijn niveau ging spelen. Ik hoopte er op korte termijn een transfer naar de Bundesliga af te dwingen."

Santi Kolk in actie voor Union Berlin, in een wedstrijd tegen Paderborn

Kolk zag er de noodzaak dan ook niet van in om zich echt aan te passen aan de cultuur van de wijk en de club. Hij deed zijn eigen ding, in de overtuiging dat hij het tijdens de wedstrijden toch wel zou laten zien.

En dus kreeg hij weinig mee van de historie van Union Berlin. Van het bijzondere verleden van de club in de oude DDR, achter het IJzeren Gordijn. Waarom de club was zoals die was - rauw, volks en eigenzinnig - kon Kolk daarom niet weten.

Meegaan in gewoontes

"Ik zag Köpenick in het begin alleen vanuit de auto, als ik vanuit mijn hotel naar de club reed", vertelt Kolk. "Daarna was ik een van de weinige spelers die niet in Köpenick woonden, en dat werd me best nagedragen. Maar ik zat liever op de Potsdamer Platz."

Ook op de club pakte Kolk het anders aan dan zijn medespelers. "Het was gewoonte dat je iedere collega en medewerker elke dag een hand gaf. Dat vond ik destijds overdreven. Als ik iemand op een afstandje langs zag lopen, liet ik dat maar even aan me voorbijgaan."

Ieder jaar is er in het stadion van Union Berlin een kerstviering met de supporters

En dan het eten. Op Oost-Duitse keukentradities zat Kolk al helemaal niet te wachten. "Ze aten na de training rijst met vis en vlees. En ze dronken allemaal Apfelschorle, een soort appelsap met prikwater. Ik dronk dan maar water."

Na een moeilijke periode ging Kolk in 2012 weg, terug naar Nederland. Hij vertrok niet lekker en nadat hij zijn (kritische) verhaal deed in een interview, verzuurde de verhouding met Union.

Bewondering

Een tijdje liep hij rond met rancune. Ondertussen bleef Union groeien en groeien. Dat verbaasde hem niet. Ook in zijn tijd was voorzitter Dirk Zingler op hem overgekomen als iemand met een gedegen toekomstvisie.

In 2013 stopte Kolk als voetballer. Een paar jaar later werd hij vader en ging aan het werk als zaakwaarnemer. En hij leerde reflecteren op zichzelf. De lessen die hij daarvan leerde, geeft hij door aan de jonge voetballers in zijn stal.

2010: Santi Kolk in het shirt van Vitesse

"Soms zie ik mezelf terug bij ESPN, in het programma Tien jaar terug, en denk ik: mijn God. Hoe ik rondliep en praatte in interviews: het ging allemaal om mezelf. Ik kon niet relativeren. Nu ben ik 41 jaar en snap ik dat ik mee had moeten gaan in de gewoontes bij Union."

De rancune maakte plaats voor bewondering. Voor het succes van de club, die nu meedraait in de top van de Bundesliga. En voor het karakter van de club, inclusief de kneuterigheid die erbij hoort. "Ze doen het samen. Union maakt van hun zwakke punten hun kracht."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl