Janssen stopt onderzoek met experimenteel hiv-vaccin
Het farmaceutische bedrijf Janssen stopt met een experimenteel vaccin tegen hiv, het virus dat aids kan veroorzaken. Het vaccin heeft geen schadelijke bijwerkingen, maar werkt niet tegen hiv. Dat hebben de National Institutes of Health, de Amerikaanse gezondheidsdiensten, bekendgemaakt.
Het vaccin werd sinds 2019 getest op 3900 personen tussen de 18 en 60 jaar uit Europa, Noord-Amerika en Zuid-Amerika. De proefpersonen waren transgender personen en mannen die seks hebben met mannen. In het onderzoek kregen de proefpersonen het vaccin vier keer per jaar toegediend.
In het vaccin zaten verschillende onderdelen van het hiv-virus. Daarom werd het een mozaïekvaccin genoemd. Hierdoor zou het afweersysteem het hiv-virus leren herkennen en uitschakelen, was het idee.
Een deel van de groep kreeg een placebo toegediend, zonder de werkzame stof. Nu het onderzoek is afgerond, blijkt dat er in beide groepen evenveel hiv-besmettingen voorkomen. Het vaccin maakt dus geen verschil in het aantal hiv-besmettingen.
Genezing nog niet mogelijk
Het is niet de eerste keer dat een vaccin tegen hiv niet blijkt te werken. Een eerder onderzoek onder vrouwen in Sub-Sahara Afrika leidde ook niet tot een effectief vaccin. Ook dat vaccin had geen schadelijke bijwerkingen.
Er is veel onderzoek gedaan naar de preventie van hiv, waarvan de besmettingen wereldwijd toenemen. Er zijn nog geen medicijnen die een hiv-infectie kunnen genezen, maar hiv-remmende medicijnen kunnen naast het onderdrukken van het virus ook een infectie helpen voorkomen.
In Nederland verstrekt de GGD daarom hiv-preventiepil PrEP aan personen met een verhoogd risico op hiv. Volgens het RIVM zijn dat in Nederland vooral mannen die seks hebben met mannen.
Ook kunnen mensen die zeer waarschijnlijk het hiv-virus hebben opgelopen een PEP-kuur krijgen van de GGD of de spoedeisende hulp. PEP is een hiv-remmende kuur die vier weken duurt en binnen 72 uur gestart moet worden na mogelijke blootstelling aan hiv. Dat kan bijvoorbeeld zijn na onveilige seks met een hiv-positief persoon, een verkrachting, of drugsgebruik met een gedeelde naald. In tegenstelling tot PrEP, wordt PEP alleen achteraf gebruikt na een grote kans op een besmetting met hiv.