Ernst Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, tijdens een overleg over het voorstel voor een definitieve coronawet. Er is veel kritiek op de zogenaamde Wet publieke gezondheid
NOS Nieuws

Voorstel: leg zware pandemiemaatregelen iedere acht weken voor aan Kamer

Als er in de toekomst zware maatregelen worden ingevoerd om een eventuele nieuwe pandemie te bestrijden, kunnen die wat het kabinet betreft iedere acht weken worden voorgelegd aan de Tweede en Eerste Kamer. Minister Kuipers van Volksgezondheid steunt het plan van de PvdA en GroenLinks om dit in de wet vast te leggen.

GroenLinks-Kamerlid Westerveld zei bij haar pleidooi voor het plan dat het kabinet "bij zware ingrepen in de vrijheden van mensen" geregeld toestemming moet blijven vragen aan het parlement.

Er moet nog worden gestemd over het plan, maar Kuipers zei bereid te zijn te kijken naar het voorstel als hier een Kamermeerderheid voor is. De minister hoopt zo voldoende steun te krijgen van de Kamer om de toekomstige bestrijding van pandemieën in de wet vast te leggen. Een groot deel van de Tweede Kamer bleek vandaag bij de wetsbehandeling nog uiterst kritisch.

Wel mondkapjesplicht in wet, geen coronabewijs

Het gaat om een wijziging van de zogenoemde Wet publieke gezondheid. Daarmee komt er een wettelijke basis voor beperkende maatregelen in het geval van een uitbraak van een besmettelijke ziekte. In de coronapandemie werkte het kabinet voortdurend met tijdelijke wetten, maar die zijn sinds dit voorjaar niet meer in werking.

In de plannen van Kuipers zijn onder meer een quarantaine-, test- en mondkapjesplicht opgenomen. Ook het houden van afstand en het sluiten van publieke plaatsen is geregeld in het voorstel.

De veel bekritiseerde avondklok, het coronatoegangsbewijs en de bevoegdheid om scholen te sluiten staan er niet in. Dat zijn zaken die gevoelig liggen in zowel de Kamer als de maatschappij.

Twijfels rond 'noodbevoegdheid'

In een passage staat wel dat het kabinet in geval van nood alsnog rigoureuze maatregelen kan invoeren, omschreven als "noodbevoegdheid". Op dat vlak zijn veel partijen kritisch: ze vrezen dat het parlement dan te veel buitenspel komt te staan.

SP, PVV en SGP willen de noodprocedure uit de wet. SP-Kamerlid Hijink noemt de procedure "een blanco cheque" voor de minister. Het kabinet zou alleen maatregelen mogen treffen die vooraf zijn opgenomen in de wet, vindt hij. CDA-Kamerlid van den Berg is het daar niet mee eens en vindt dat de noodbevoegdheid wel in de wet moet komen. "Ik weet niet wat ik niet weet en wat ons kan overkomen" aldus van den Berg.

Minister Kuipers noemt het onverstandig om de noodrem uit de wet te halen. Er moet volgens hem een wettelijk kader zijn, mocht er in de toekomst toch weer een zware collectieve maatregel nodig zijn. "Ik zie het niet gebeuren op korte termijn, maar ik kan het ook niet uitsluiten", benadrukte Kuipers daarbij. Verder zei hij dat het kabinet hier "zeer terughoudend" mee om zal moeten gaan.

Om de wet aan een meerderheid te helpen, moet het kabinet in de Eerste Kamer ook steun krijgen partijen buiten de coalitie. Dat zouden GroenLinks en PvdA kunnen zijn, nu Kuipers bereid is om te kijken naar het plan van die partijen.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl