Jeugdbescherming in crisis: 'Weken zoeken naar plek voor kwetsbaar kind'
Sophie Feenstra
redacteur Binnenland
Sophie Feenstra
redacteur Binnenland
Het is code zwart in de jeugdbescherming en daar moet vandaag nog wat aan gedaan worden. Met die boodschap trekken jeugdbeschermers vandaag naar de Tweede Kamer, waar opnieuw over de problemen wordt gedebatteerd.
Als een kind thuis niet veilig op kan groeien kan een kinderrechter besluiten het kind onder toezicht of voogdij te plaatsen. Een jeugdbeschermer maakt dan een plan en zoekt naar de juiste hulp voor het gezin. En als het thuis echt niet meer gaat, wordt er voor het kind een passende plek in bijvoorbeeld een pleeggezin of een gezinshuis gezocht.
Maar door een groot tekort aan jeugdbeschermers en lange wachtlijsten in de jeugdhulp moeten die kinderen steeds langer wachten. "Er zijn kinderen die een gevaar voor zichzelf zijn, die weglopen en in kelderboxen worden teruggevonden. Maar die kinderen kunnen we nu niet naar een veilige plek brengen", zegt jeugdbeschermer Ilona Simons.
Dat onderschrijft haar collega Tobias Baruch: "Ik ben al tien weken bezig een meisje ergens geplaatst te krijgen. Ik zoek inmiddels niet meer naar de meest geschikte plek, maar überhaupt naar een plek."
Plan van aanpak
De druk op minister Weerwind (Rechtsbescherming) en staatssecretaris Van Ooijen (Volksgezondheid) om na jaren van overleggen, onderzoeken en rapporten nu met maatregelen te komen, neemt steeds verder toe. Het plan van aanpak dat ze begin deze maand bekendmaakten werd met teleurstelling ontvangen. "Er staan op zichzelf allemaal prima plannen in, maar ze gaan over de toekomst terwijl er juist nu iets moet gebeuren", reageerde Jeugdzorg Nederland.
De jeugdbeschermers zagen de laatste jaren veel capabele collega's vertrekken. "Er is een ontzettend groot personeelstekort", zegt Ilona Simons. "Dat hoor je wel terug in de debatten, maar het kabinet komt niet met geld over de brug om hier wat aan te doen."
Waar jeugdbeschermers maximaal acht kinderen of gezinnen zouden moeten bijstaan zijn dat er in de praktijk nu vaak twee keer zo veel. "Het is niet zo dat wij als jeugdbeschermers actievoeren omdat we meer geld willen verdienen. Dat geld is een middel om de kinderen beter te kunnen helpen. Daar gaat het ons om."
Reddingsplan nodig
Vakbond FNV Jeugdzorg eist dat het kabinet per direct meer geld en menskracht vrij gaat maken voor de jeugdbescherming. Hiervoor voeren ze al zeven weken actie. "De vraag is wanneer de minister eindelijk gaat inzien dat de boel aan het afbranden is en dat de laatste jeugdbeschermers die de sector nog overeind houden, uitgeblust zijn", waarschuwt FNV-bestuurder Maaike van der Aar. "Er moet nu een reddingsplan komen. En als de minister het niet doet, dan zorgen we er zelf voor dat de werkdruk vermindert."
De jeugdbeschermers hebben in het kader van de acties de bereikbaarheidsdiensten al opgeschort. Ook is het aantal huisbezoeken afgeschaald.
Snelle hervorming nodig
Naast het verlichten van de werkdruk voor jeugdbeschermers moet ook het systeem veranderen, vindt de sector. Sinds de decentralisatie in 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor het inkopen van de jeugdhulp. Maar wat ze inkopen sluit in veel gemeenten niet goed aan bij wat er in de praktijk nodig is. Zeker bij de meer specialistische hulp, zoals bij eetstoornissen of de gesloten jeugdzorg.
Daarom klinkt de roep steeds luider om de hervormingsplannen te versnellen. "Ik moet het nu doen met het beschikbare aanbod, maar dat voldoet steeds vaker niet of er zijn lange wachtlijsten", zegt jeugdbeschermer Baruch. "Dat is ontzettend frustrerend. En ik moet dat beleid vervolgens gaan uitleggen aan dat meisje en haar ouders."