Nederlandse bisschoppen tijdens het vorige ad-liminabezoek in het Vaticaan
NOS Nieuws

Bisschoppen zoeken in Vaticaan antwoord op leeglopende kerken in Nederland

  • Andrea Vreede

    Correspondent Vaticaan

  • Andrea Vreede

    Correspondent Vaticaan

Het wordt een drukke maand voor de kantoren van de Curie, het bestuursapparaat van de Rooms-Katholieke Kerk, en voor paus Franciscus zelf. In de loop van november komen bisschoppen uit drie West-Europese landen op werkbezoek naar het Vaticaan.

Vandaag beginnen de Nederlandse bisschoppen aan hun week in Rome, daarna komen de Duitse en tot slot de Belgische bisschoppen. Gewoonlijk gaan de bisschoppen van een land iedere vijf jaar naar Rome voor een uitgebreide evaluatie. Als gevolg van het door paus Franciscus speciaal ingelaste Heilig Jaar in 2016 en de coronapandemie hebben de Nederlandse bisschoppen negen jaar moeten wachten op een nieuwe uitnodiging.

Overigens gaan ze wel bij dezelfde paus langs, want Franciscus was bij hun vorige bezoek in 2013 net negen maanden tevoren gekozen.

Ad Limina

Een dergelijk bezoek heet officieel een ad-liminabezoek. Letterlijk betekent ad limina "tot de drempels". Hiermee worden de graven van de apostelen Petrus en Paulus bedoeld, die volgens de overlevering onder de basilieken van Sint-Pieter en Sint-Paulus-buiten-de-Muren begraven liggen. Tijdens hun verblijf in Rome zullen de bisschoppen bij beide graven een mis vieren. Die vieringen horen bij het spirituele deel van hun bezoek.

Maar waar het vooral om gaat is een gang langs vele ministeries (in het Vaticaan dicasteries geheten) voor een uitvoerige rapportage over de stand van zaken rond de Rooms-Katholieke Kerk in hun land. Een soort functioneringsgesprekken over verleden, heden en vooral toekomst. Bij de vele afdelingen van de Curie en, achter gesloten deuren en geheel vertrouwelijk, ook bij de paus zelf.

De toestand van de Rooms-Katholieke Kerk in Nederland

Wereldwijd groeit het aantal leden van de katholieke kerk met miljoenen mensen per jaar. Het zwaartepunt van die toename ligt in Afrika en Azië. Niet in het inmiddels breed geseculariseerde Europa. Het rapport met bijgevoegde cijfers dat door de Nederlandse bisschoppen naar Rome is gestuurd ter voorbereiding van het bezoek windt daar geen doekjes om.

In veel opzichten is het een herhaling van het toen al diep pessimistische beeld van de Nederlandse kerk uit het vorige rapport van 2013. Soms letterlijk, want enkele passages blijken in hun geheel te zijn overgenomen. Volgens het nieuwe rapport is 20,8 procent van de Nederlanders lid van de katholieke kerk, maar hun aantal daalt gestaag.

Geloven lijkt voor veel mensen steeds meer een privézaak. De kerk is niet of nauwelijks aanwezig in het publieke debat. De kerkelijke leer is bij veel mensen onbekend. Kerkgebouwen worden gesloten. De bisschoppen pleiten voor "nieuwe evangelisatie", maar het is onduidelijk wat dat precies inhoudt. Er lijken weinig antwoorden te zijn op de voortschrijdende secularisatie en individualisering in het verzakelijkte Nederland. Volgens sommige commentatoren kunnen de Nederlandse bisschoppen weinig meer doen dan krimpmanagement.

Input van de paus

Negen jaar geleden deed paus Franciscus zijn best om de bisschoppen een hart onder de riem te steken. Hij nodigde hen uit om een positievere houding in te nemen in de maatschappij en deel te nemen aan het publieke debat. Om nieuwe wegen te vinden om mensen te bereiken.

Aan het eind van deze week wordt duidelijk hoe zijn advies dit keer luidt.

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl