Asielinstroom beperken of niet? De verschillen tussen enquêtes verklaard
Twee enquêtes in opdracht van de NOS verschenen deze week kort na elkaar: vandaag het bredere jaarlijkse Ipsos-Prinsjesdagonderzoek naar de staat van Nederland en twee dagen geleden het onderzoek dat I&O maandelijks voor de NOS doet naar actuele onderwerpen.
Beide representatieve steekproeven die volgens de regelen van de kunst zijn uitgevoerd, maar die toch schijnbaar verschillende uitkomsten hebben op het punt van asielbeleid. Hoe kan dat, vroegen we ons uiteraard af. Kunnen de resultaten naast elkaar bestaan? Ja, zo blijkt. Een uitleg.
Morele plicht versus instroom beperken?
In het zondag gepubliceerde onderzoek van I&O Research staat dat zes op de tien Nederlanders het een 'morele plicht' vinden om asielzoekers op te vangen. Toch meldt Ipsos in het onderzoek dat we vandaag publiceerden dat een meerderheid de instroom wil beperken. Is dat in tegenspraak met elkaar? Nee, zegt onderzoeker Asher van der Schelde van I&O Research. Hij verwijst daarbij naar de huidige 'opvangcrisis', die ertoe leidde dat afgelopen zomer soms honderden mensen buiten moesten slapen bij het aanmeldcentrum in Ter Apel.
"Het is heel goed mogelijk", zegt Van der Schelde, "dat mensen vinden dat het in algemene zin onze plicht is om asielzoekers fatsoenlijk op te vangen, maar dat ze tegelijkertijd zien dat we daar op dit moment als land niet in slagen. Daarom kan een beperking nu een tijdelijke, praktische oplossing zijn."
Sander Nieuwkerk, van onderzoeksbureau Ipsos, onderschrijft dit. "Uit eerder onderzoek is gebleken dat veel Nederlanders het algemene principe van opvang van vluchtelingen steunen, en dat het daarom dus goed mogelijk is dat de huidige opvangcrisis het sentiment om de instroom te beperken heeft beïnvloed."
Voorwaarden voor een azc?
Iets soortgelijks is aan de hand met de vragen van beide bureaus over de komst van nieuwe asielzoekerscentra (azc's). I&O Research vroeg aan Nederlanders zonder azc in de buurt wat zij ervan zouden vinden als er zo'n centrum zou komen met circa 300 asielzoekers. 17 procent van hen zou dat acceptabel vinden en 38 procent onder voorwaarden, bijvoorbeeld over de omvang van het azc in verhouding tot het aantal inwoners. Bij elkaar is dat 55 procent.
Ipsos stelde een andere vraag, aan alle Nederlanders. De respondenten kregen de stelling voorgelegd: "Er moeten meer asielzoekerscentra komen, ook als dat betekent dat er een asielzoekerscentrum in mijn gemeente geplaatst wordt." Dan zegt 32 procent dat ze het daar (helemaal) mee eens zijn.
Is dat strijdig met elkaar? Ook hier lijken de vragen op elkaar, maar zijn ze toch op essentiële punten verschillend, legt Van der Schelde uit. "In de Ipsos-stelling staan twee voorwaarden die je beide moet onderschrijven om 'eens' te antwoorden. Je moet zowel vinden dat er meer asielzoekerscentra moeten komen, als een azc in de eigen buurt willen. Het is logisch dat daar meer mensen negatief op antwoorden dan op onze beperktere vraag."
"Ipsos heeft bewust gekozen voor de toevoeging 'ook als dat betekent dat er een asielzoekerscentrum in mijn gemeente geplaatst wordt'", zegt Nieuwkerk van Ipsos. "Op deze manier wordt de stelling minder vrijblijvend. Een andere verklaring voor het verschil kan zijn dat er in het I&O-onderzoek voor is gekozen om de vragen in te leiden met verwijzingen naar internationale verdragen omtrent migratie. Dat hebben wij niet gedaan. De context die wordt gegeven bij een vraagstelling kan de resultaten beïnvloeden."
Een ander verschil is dat I&O Research de mogelijkheid gaf aan respondenten om voorwaarden te verbinden aan de vestiging van een azc in de eigen buurt. Van der Schelde: "Dat kon bij Ipsos niet, waardoor het ook aanlokkelijker wordt voor sceptici om het oneens te zijn met de stelling."
Verschillende aspecten
Al met al spreken de antwoorden van beide enquêtes elkaar niet tegen, maar belichten ze verschillende aspecten van dezelfde kwestie en vullen ze elkaar op punten aan. Daaruit blijkt weer hoe bepalend in opinieonderzoek de exacte vraagstelling is voor de uitkomsten.
Wat zegt ons dit nu allemaal over de manier waarop Nederlanders naar asielopvang kijken? Dat dat beeld genuanceerd is en de cijfers om nadere context en invulling vragen. Juist daarom is dit soort publieksonderzoeken een waardevolle inbreng voor journalistieke verhalen.