Europees topvoetbal minder hard geraakt door corona dan verwacht
Het Europese topvoetbal zag zijn inkomsten in het seizoen 2020/2021 met tien procent toenemen ten opzichte van de jaargang ervoor, zo heeft accountantsbureau Deloitte becijferd.
Daarmee wordt in ieder geval de suggestie gewekt dat het Europese voetbal herstel heeft getoond na de zware coronajaren 2020 en 2021. Ter illustratie: de inkomsten lagen volgens Deloitte in het door het uitbreken van de pandemie verstoorde seizoen 2019/2020 nog op 25,2 miljard euro, tegen 27,6 miljard het seizoen erna.
De stadions bleven destijds (grotendeels) leeg en competities zoals de Ligue 1 en de eredivisie werden vroegtijdig afgebroken. De (televisie-)inkomsten liepen voor de clubs daardoor hard terug.
Dat de inkomsten het seizoen erna, 2020/2021, weer stegen, is volgens het bureau onder meer het resultaat van het verschuiven van het EK voetbal naar 2021. Het door Italië gewonnen EK werd in elf steden afgewerkt.
Op twee na beste jaar
Het bovengenoemde bedrag is weliswaar lager dan dat in de seizoenen 2017/2018 (28,4 miljard) en 2018/2019 (28,9 miljard), maar desondanks geldt 2020/2021 in financieel opzicht als het op twee na beste jaar voor de Europese voetbalmarkt.
De vijf grote competities in Europa - Premier League, Bundesliga, La Liga, Serie A en Ligue 1 - namen ruim de helft van die inkomsten voor hun rekening. Sterker, de inkomsten van deze competities groeiden volgens Deloitte zelfs met drie procent ten opzichte van 2019/2020.