In vrijwel wapenvrij Japan zijn aanslagen zoals op oud-premier Abe zeldzaam
De moordaanslag op oud-premier Abe is in Japan ingeslagen als een bom. Niet alleen omdat de aanslag alle kenmerken van een executie vertoonde, maar ook omdat dergelijke aanslagen in het moderne Japan een zeldzaamheid zijn. Abe werd vanochtend op straat neergeschoten en bezweek later in het ziekenhuis aan zijn verwondingen. Wereldwijd is er geschokt op zijn dood gereageerd.
Vuurwapengeweld is iets ongewoons in Japan. In het afgelopen decennium was het uitzonderlijk als er meer dan tien doden per jaar door vuurwapens vielen in het land met ruim 127 miljoen inwoners. Ter vergelijking: Nederland - met ruim 17,4 miljoen inwoners - telde in 2020 volgens het CBS 32 doden door vuurwapengeweld.
Zelfgemaakt vuurwapen
De schutter gebruikte een zelfgemaakt wapen, wat ongetwijfeld verband houdt met de strenge wapenwetten in Japan. Aan de (legale) aanschaf van een vuurwapen zijn tal van voorwaarden verbonden. Zo moet de potentiële koper mentaal gezond worden verklaard, een uitgebreid antecedentenonderzoek en een drugstest ondergaan, een cursus volgen, een schriftelijk examen halen en een schietoefening doen waarbij 95 procent van de schoten doel moeten treffen.
De aanslag op Abe in beeld:
Als al die hordes zijn genomen, mag je in Japan een wapen aanschaffen, dat wil zeggen een luchtbuks of een jachtgeweer. Handwapens zijn per definitie verboden. Wapenbezitters moeten bovendien elke drie jaar een cursus volgen en het schriftelijke examen opnieuw halen. Wanneer hij of zij overlijdt, moeten de nabestaanden het wapen weer inleveren.
Verder zijn wapens en munitie bepaald niet gemakkelijk verkrijgbaar. Wettelijk mag elk van de 47 bestuurlijke regio's van Japan maximaal drie wapenwinkels hebben. Kogels mogen alleen verkocht worden aan klanten die hun gebruikte patronen inleveren.
Een bekende aanslag uit de moderne Japanse geschiedenis was de moord op de voorzitter van de Japanse Socialistische Partij, Inejiro Asanuma, in 1960. Asanuma werd destijds door een ultranationalist doodgestoken met een samuraizwaard.
Een foto van die aanslag werd wereldberoemd:
Een andere bekende politieke aanslag, overigens zonder fatale afloop, was die op burgemeester Hitoshi Motoshima van Nagasaki. Die werd in 1990 in zijn rug geschoten door een rechtsextremist nadat Motoshima had gezegd dat keizer Hirohito medeschuldig was aan de Tweede Wereldoorlog. Dat was tegen het zere been van nationalistische bewegingen.
Ook de opvolger van burgemeester Motoshima, Itcho Ito, werd in 2007 het slachtoffer van een aanslag. De burgemeester van de stad die in 1945 werd verwoest door een atoombom was een prominente tegenstander van het bezit van nucleaire wapens door een aantal landen. Hoewel de yakuza van oudsher banden hebben met rechtsextremistische nationalisten, had zijn moordenaar volgens de autoriteiten geen politiek motief. De dader zelf verklaarde dat hij woedend was over een niet-verstrekte bouwvergunning.
Vooralsnog is over de moord op oud-premier Abe alleen duidelijk dat de dader erop uit was om hem te doden. Hij zou hebben aangegeven dat hij zeer ontevreden was over de oud-premier, maar in hoeverre hier sprake is van een een politiek gemotiveerde aanslag is nog onduidelijk.