Na 27 jaar erkenning voor Dutchbatters: 'Laat, maar blij dat het er is'
Het ging al meteen fout in de beeldvorming bij de terugkeer van Dutchbat III. Internationale media vielen over formuleringen van overste Karremans. Hij sprak van een "uitstekend geplande aanval op Srebrenica" en zei dat er "in deze oorlog geen good guys en geen bad guys" zijn.
Elf dagen had Nederland in spanning gezeten of onze blauwhelmen, die onder VN-commando stonden, de Servische opmars wel zouden overleven. De opluchting sloeg met Karremans opmerkingen al snel om in twijfel en verwijten: had er niet meer moeten worden gedaan om de onschuldige bevolking te beschermen? Meer dan 8000 moslimmannen werden door Bosnisch-Servische troepen vermoord.
Tegenover dat tragische feit stonden de opnames die voorgoed het beeld van Dutchbat kleurden: de Bosnisch-Servische generaal Mladic die de lamgeslagen Karremans koeioneerde, de polonaise van opgeluchte militairen die aan het bloedbad waren ontsnapt. Een ceremonie in de kazerne van Schaarsbergen moet daar na al die jaren tegenwicht aan bieden. Het kabinet zal erkennen dat de militairen op een onmogelijke missie waren gestuurd.
"Hier hebben we 27 jaar lang voor gevochten", zegt Alice Schutte, destijds een korporaal van 20. Oud-collega Derk Zwaan beaamt dat. "Het is te laat, daar kunnen we duidelijk over zijn, maar ik ben blij dat het er eindelijk van gaat komen."
Tien kogels
Dutchbat beschermde in 1995 de Bosnische stad Srebrenica, die door de VN tot een veilige enclave was verklaard in de Joegoslavische burgeroorlog. Op 11 juli trokken Bosnisch-Servische tanks echter de stad in. Om een bloedbad te voorkomen bleef luchtsteun uit.
"We hebben geprobeerd ze tegen te houden, maar dat was kansloos. De overmacht was te groot: tanks en duizenden militairen", zegt Zwaan. "We stonden daar met heel weinig mensen en een slechte bewapening. Ikzelf had tien kogels."
"We hebben alles gedaan wat we konden. Ik zeg altijd: we hebben het beste van het slechtste gedaan", vult Schutte aan. "Maar ze hebben ons gewoon laten zitten. Er is geen luchtsteun geweest, terwijl we er hardop om hebben geroepen."
Er was een leven voor de uitzending en een leven na.
Zwaan benadrukt dat hij nergens spijt van heeft. "Ik heb alles gedaan wat ik kon." Maar terug in Nederland bleek Dutchbat III in ongenade te zijn gevallen. Het leek soms wel of zij als daders van de val van Srebrenica werden gezien, in plaats van de troepen van Mladic.
Schutte: "We werden meteen als lafaards afgeschreven. 'Dutchbat moordenaar', stond er in de krant. Terwijl we hebben gevochten."
Het veroorzaakte veel leed bij de veteranen. Een derde van de Dutchbatters meldt een nadelige invloed op de rest van hun leven, het vijfvoudige van veteranen bij andere missies. "We zijn aan ons lot overgelaten", meent Zwaan.
"Er was een leven voor de uitzending en een leven na", stelt Schutte, die nog steeds last heeft van PTSS. "Ik was iemand die heel fris in het leven stond, maar het heeft me enorm beschadigd."
'Fysieke herinnering'
De herdenking van 25 jaar Srebrenica bracht verandering. In interviews konden de Dutchbatters hun kant van het verhaal uitlichten, er kwam onderzoek naar hun problemen en het kabinet beloofde een gebaar te maken naar de veteranen.
Vandaag spreken premier Rutte, defensieminister Ollongren en commandant der strijdkrachten Eichelsheim Dutchbat toe. Ook komt er een "permanente fysieke herinnering" voor de veteranen, wat precies is nog onduidelijk. Bovendien gaat de overheid helpen met bezoeken aan Srebrenica, iets waaraan Schutte en Zwaan veel hebben gehad.
"Door deze manier van erkenning en waardering kan ik de boosheid, frustratie, woede en verdriet naast me neerleggen", denkt Schutte. "Ik zie het als een bladzijde die ik kan omslaan."
"Ik denk niet dat we helemaal een punt kunnen zetten achter dit drama", voorspelt Zwaan, "maar we kunnen wel enorme stappen zetten en naar de toekomst gaan kijken. Samen met de mensen uit Srebrenica."