Strijd om de publieke ruimte: steden eisen na corona stoep terug van horeca
Charlotte Klein
redacteur Economie
Moeten terrassen die tijdens corona mochten uitbreiden nu weer ingeperkt worden? In meerdere steden woedt nu een 'strijd om de stoep' tussen horecazaken en gemeentebesturen. Zo wordt vandaag in Amsterdam de vergunning voor tijdelijke terrasuitbreiding van horeca in het Wallengebied en de Nieuwmarktbuurt vervroegd ingetrokken.
De grotere terrassen waren een handreiking naar de horeca, eerst om ruimte te bieden voor de 1,5-meter en later volgden de verlengingen om de verliezen van de lockdowns te compenseren. Uit gegevens van Datlinq die de NOS heeft opgevraagd blijkt dat op het hoogtepunt in 2021 in heel Nederland het aantal terrassen 3 procent hoger lag dan nu. In Amsterdam waren er vorig jaar 5 procent meer terrassen.
Tijdens de coronacrisis besloten meerdere steden dat zaken hun terras mochten uitbreiden. In Amsterdam werd die maatregel tot oktober dit jaar verlengd, zodat de horecagelegenheden hun coronaverliezen kunnen compenseren. Nu komt burgemeester Halsema dus terug van die verlenging voor twee buurten. Horecaondernemers in de buurt zeggen overvallen te zijn door het besluit.
Van 200 naar 125 procent uitbreiding
In Rotterdam mochten horecazaken in 2021 hun terrassen met maximaal 200 procent uitbreiden, dat is dit jaar beperkt naar maximaal 125 procent. Toezichthouders zijn op pad om dat in goede banen te leiden, maar zeggen weinig problemen te ondervinden. Ze komen momenteel vooral situaties tegen met bouwwerken op terrassen, problemen met terrasvlonders of te grote terrassen.
In Enschede mochten in de binnenstad zogenoemde XXL-terrassen bestaan, wat volgens de gemeente als prettig werd ervaren. Een nieuw bestemmingsplan voor terrassen gaat eind dit jaar naar de gemeenteraad. In Den Haag is besloten dat ondernemers de tijdelijke verruiming van 25 procent op aanvraag kunnen verlengen tot 1 maart 2023.
Niet elke gemeente doet dit. Groningen is sinds 1 april weer terug naar het 'oude normaal'. Hetzelfde geldt voor Maastricht, waar met ondernemers was afgesproken dat de coronaterrassen mochten bestaan zolang de 1,5-meter van kracht was. Utrecht meldt een soortgelijke afspraak.
Commercieel versus publiek
"De kern hiervan is een conflict tussen wat de burgers nodig hebben aan openbare ruimte, infrastructuur en voorzieningen, en wat er wordt opgeslokt door commerciële partijen en toeristen", zegt Jan van der Borg, hoogleraar toerisme in Leuven en Venetië. "Het is een strijd om ruimte tussen commercieel en publiek, die je ook ziet bij deelscooters en bezorgdiensten."
De hoogleraar constateert dat als er vanuit de politiek geen duidelijke regels over ruimtelijk gebruik worden opgelegd aan private partijen, gebieden ofwel onder- ofwel overgebruikt worden. Van dat laatste is het Wallengebied een voorbeeld.
Pre-coronadrukte
Terug naar Amsterdam, waar sommige ondernemers zeggen overvallen te zijn door het besluit van Halsema. Rosa Burger, eigenaar van Café Fonteyn, spreekt namens hen: "Ik heb het vernomen via Het Parool. Het besluit kwam hard binnen. Wij ervaren niet dezelfde drukte als de burgemeester. Ondernemers hier hebben extra personeel ingeroosterd en geld uitgegeven aan extra tafels, maar het besluit gaat zonder overleg binnen een week in."
"De terrasuitbreiding was altijd al gekoppeld aan de leefbaarheid van een buurt", reageert een woordvoerder van Halsema. "En dat geldt voor alle buurten. Als er ergens in Amsterdam-West overlast zou zijn, hadden we de vergunning ook ingetrokken. Dat was al onderdeel van de afspraken sinds het begin."
Burger erkent dit, maar zegt dat daar eerder en openlijker over gecommuniceerd had moeten worden. "Wij willen ook niet naar de pre-coronadrukte. De gemeente neemt volgens mij dergelijke maatregelen omdat er een personeelsgebrek is bij de handhaving en politie. Nu voelt het alsof de verantwoordelijkheid op de horeca wordt afgeschoven."
Zwabberbeleid
Hoogleraar Van der Borg snapt dat de ondernemers boos zijn. "Ze hadden er al op gerekend, dit zwabberbeleid van de gemeente is vervelend. De gemeente Amsterdam had dit al veel eerder kunnen zien aankomen."
Tegelijkertijd vindt Van der Borg dat de bedrijven moeten inzien dat ze profijt hebben van de publieke ruimte door stukken stoep en parkeerplaatsen in te nemen, maar er weinig of niks voor teruggeven. "De buurtbewoners ervaren de overlast en betalen extra rioolbelasting."
In andere Europese steden zijn volgens Van der Borg soortgelijke terrasvergunningen (nog) niet teruggetrokken. "De druk van de private sector is daar nog groter."