NIOD: 'Uniek beeld van massamoord door Syrische overheid'
Er is een video gepubliceerd van de executie van tien burgers in Syrië door twee leden van de militaire inlichtingendienst. "Het is uniek beeldmateriaal. Nooit hebben we iemand van de officiële organen van de Syrische overheid dit soort massamoorden zien uitvoeren", zegt genocide-onderzoeker Uğur Ümit Üngör.
Beelden uit het zeven minuten durende filmpje uit 2013 zijn vandaag verschenen op de websites van NRC en The Guardian. Ongewapende burgers worden geblinddoekt één voor één naar een kuil in een buitenwijk van Damascus gebracht. Daar worden ze door het hoofd geschoten. "De groeten aan de baas", zegt een van de twee daders lachend in de camera.
Dit is een selectie van de schokkende beelden:
Aan het einde van de moordpartij liggen er volgens de Britse krant 41 lijken in het massagraf. De lichamen worden overgoten met benzine en in brand gestoken. De verkoolde lijken worden vervolgens weggehaald om plek te maken voor nieuwe executies, schrijft NRC.
De Syrische autoriteiten hebben niet gereageerd op de beelden. Het was al bekend dat het regime van president Assad verantwoordelijk is voor de dood en marteling van talloze burgers in de nog altijd voortslepende burgeroorlog in Syrië. Maar meestal werden daarvoor loyalisten van Assad ingezet, die geen officiële banden hebben met de overheid.
Angst aanjagen
Üngör stelt dat nooit eerder zo duidelijk is vastgelegd dat het regime direct verantwoordelijk is voor moordpartijen. De daders zijn herkenbaar in beeld en herleid als leden van de beruchte afdeling 227 van de militaire inlichtingendienst. De slachtoffers zouden geen opstandelingen zijn geweest, maar enkel en alleen om de rest van de buurt angst aan te jagen zijn vermoord.
Het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies heeft ruim twee jaar onderzoek gedaan naar het beeldmateriaal. Het zou gaan om zo'n dertig video's in totaal, over executies, onthoofding en marteling.
De video van de hierboven beschreven executie werd ontdekt door een pas gerekruteerde strijder. Hij was door zijn pro-Assad-militie gevraagd de laptop van een inlichtingenofficier te repareren, zag de video en heeft vervolgens het beeldmateriaal doorgespeeld aan de onderzoekers. Het onderzoek is pas nu gepubliceerd, omdat de bron eerst in veiligheid moest worden gebracht.
We hebben de dader via Facebook een half jaar lang geïnterviewd.
De onderzoekers, van wie een zich onder een alias voordeed als Assad-aanhanger, hebben via sociale media contact gelegd met de schutter. NIOD-onderzoeker Üngör: "We hebben de dader via Facebook een vriendschapsverzoek gestuurd. Dat heeft hij geaccepteerd en toen hebben we hem ongeveer een half jaar lang geïnterviewd."
Geconfronteerd met de beelden bagatelliseerde de functionaris aanvankelijk wat erop te zien was. Uiteindelijk zou hij hebben toegegeven: "Ik ben trots op wat ik heb gedaan."
Geen rechtsvervolging
"Wij trekken hieruit de conclusie dat het Assad-regime op grote schaal burgers uitmoordt als signaal aan de rest van de samenleving om in het gareel te blijven", zegt Üngör in het NOS Radio 1 Journaal. Hoewel het bewijs voor deze moordpartij hem onomstotelijk lijkt, zullen de daders voorlopig rechtsvervolging kunnen ontlopen.
Het Internationaal Strafhof in Den Haag heeft bijvoorbeeld geen jurisdictie over het conflict in Syrië. Dat zal ook niet veranderen zolang de belangrijkste bondgenoot van Assad, president Poetin, het Russische vetorecht in de VN-Veiligheidsraad gebruikt om zo'n onderzoek naar Syrische oorlogsmisdaden tegen te houden.
Mogelijk rechtszaak in Duitsland
"Als er ooit een rechtszaak komt dan zal dat waarschijnlijk in Duitsland gebeuren onder het mom van universele jurisdictie", legt Üngör uit. Begin dit jaar werd bijvoorbeeld een voormalige kolonel van de Syrische inlichtingendienst veroordeeld tot levenslang wegens misdaden tegen de menselijkheid.
In Syrië woedt al ruim tien jaar een bloedige burgeroorlog. Aanvankelijk leek president Assad de strijd te verliezen, maar met militaire hulp van Rusland kreeg hij het grootste deel van het land weer in handen. Van zeker 350.200 mensen is vastgesteld dat ze door de oorlog zijn omgekomen, meldt de VN. Het werkelijke aantal slachtoffers ligt waarschijnlijk veel hoger.