Opnieuw 'Oranje boven' op 1.000 meter: Krol wint nipt, voor Verbij en Nuis

De tweede internationale 1.000 meter van het olympische schaatsseizoen heeft bij de mannen opnieuw een compleet oranje podium opgeleverd. Thomas Krol schreef bij de wereldbeker in Stavanger de kilometer op zijn naam, regerend wereldkampioen Kai Verbij pakte nipt het zilver. Kjeld Nuis veroverde net als vorige week in Polen het brons.

De verschillen tussen de drie landgenoten waren klein. Krol kwam in een direct duel met olympisch kampioen Nuis tot een tijd van 1.08,66. Nuis kwam 0,08 seconden tekort voor het goud. Verbij, die vorige week teleurstellend als zevende eindigde, was met 1.08,68 slechts 0,02 seconden langzamer dan zijn trainingsmaat Krol.

Voor Krol was zijn overwinning een teken dat hij weer op de goede weg is na zijn tegenvallende optreden in Polen, waar de wereldkampioen als zestiende eindigde op de 1.500 meter. Dat was volgens hem vooral te wijten aan een verkeerd geslepen schaats.

"Vorige week beschouw ik als een negatieve uitschieter. Dat ik nu win is voor mij een bevestiging dat ik goed zit. Het moet nog veel sneller, daar gaan we aan werken de komende tijd."

Bekijk de interviews met Krol en Verbij hieronder.

Afgelopen zondag kleurde het podium bij de wereldbeker in Polen na de 1.000 meter voor mannen ook helemaal oranje. Otterspeer won in Tomaszów zijn eerste internationale kilometer sinds 2013, Krol en Nuis stonden na hun teleurstellende 1.500 meters ook op het podium.

Otterspeer kon zijn goede prestatie van vorige week niet herhalen. Hij maakte te veel foutjes en eindigde met 1.08,95 op de achtste plaats. Ning Zhongyan was de beste niet-Nederlander. De Chinees kwam 0,09 seconden tekort voor een podiumplaats.

Leerdam vierde op 1.000 meter

Na de 1.000 meter voor vrouwen stond er geen Nederlandse schaatsster op het podium; Jutta Leerdam was de beste Nederlandse op de vierde plaats.

Brittany Bowe was net als in Polen oppermachtig op de kilometer. De Amerikaanse was met 1.14,16 maar liefst 0,84 seconden sneller dan de Japanse Miho Takagi, die het zilver pakte.

Jutta Leerdam eindigde met 1.15,22 één plaats hoger dan vorige week in Polen. De Nederlands kampioene heeft in aanloop naar de Winterspelen nog een flink gat te overbruggen met de oppermachtige Bowe; Leerdam was ruim een seconde langzamer dan de regerend wereldkampioene. Vorige week was het verschil 1,6 seconden.

Over dat gat maakt Leerdam zich nog geen zorgen. "Ik kijk naar mijn eigen rit. Daar zit nog veel rek in", aldus de wereldkampioene 1.000 meter van 2020. Leerdam weet dat haar piekmoment later in het seizoen, tijdens de Olympische Spelen, ligt. "We trainen nu gewoon door, pakken deze wereldbekers mee. Het hoeft nog niet."

Bekijk de interviews met Leerdam en Kok hieronder.

Met haar scherpe tijd reed Bowe bovendien het baanrecord van Nao Kodaira uit de boeken. De Japanse klokte met 1.15,16 wel de derde tijd.

Wüst negende

Ireen Wüst werd vorige week zesde op de 1.000 meter in Polen. In Stavanger moest ze na een trage start veel goedmaken. Dat lukte niet helemaal. Met een tijd van 1.16,14 eindigde Wüst als negende. Femke Kok begon wel goed, maar kwam na een mindere slotronde tot een teleurstellende tijd van 1.17,57. Daarmee eindigde ze als zeventiende.

Lotte van Beek reed naar de winst in de B-groep met een tijd van 1.16,65

De wereldbeker in Stavanger is het hele weekeinde live te volgen bij de NOS. Bekijk het programma van zaterdag en zondag hieronder:

Bij de wereldbekers kunnen landen startplaatsen verdienen voor de Olympische Winterspelen van begin volgend jaar in Peking. Na dit weekeinde komen de schaatsers ook nog in actie in Salt Lake City (3-5 december) en Calgary (10-12 december).

Eind december moeten de Nederlandse schaatsers bij het olympisch kwalificatietoernooi in Heerenveen vervolgens hun individuele tickets verdienen voor de Spelen.