Veldrijdster Vos opnieuw de sterkste in Nederlands onderonsje
De wereldbeker veldrijden is pas drie wedstrijden oud, maar nu al lijkt bij de vrouwen dit seizoen voorspelbaarheid troef. Het is deze jaargang niet de vraag óf een Nederlandse rijdster wint, maar wíe aan het einde van de cross als eerste de streep passeert.
Het drieluik in de Verenigde Staten leverde driemaal op rij de letters NED op achter de naam van de winnares. In Waterloo was het Marianne Vos die de bloemen in ontvangst nam, in Fayetteville loste wereldkampioene Lucinda Brand haar af en in Iowa City was het zondagavond opnieuw Vos die ongenaakbaar was.
Ter completering: de tweede plaats ging zondag naar Denise Betsema, wereldkampioene Lucinda Brand eindigde na een ongelukje als vierde. Puck Pieterse werd vijfde, Annemarie Worst finishte als zesde. De Hongaarse Kata Blanka Vas was op de derde plaats een vreemde eend in de bijt.
Mannen voor de vrouwen
Toch was het tijdens de vijfde uitgave van de Jingle Cross, zoals de wedstrijd ook wel genoemd wordt, pas de eerste maal dat een Nederlandse renster de zege greep. Een andere primeur: de mannen verzorgden op de Johnston County Fairgrounds anders dan gebruikelijk de opwarmer voor de vrouwenwedstrijd.
Het was bij de mannen ook een Nederlander die de race aanvankelijk domineerde: Lars van der Haar. In de achtste van tien ronden moest hij evenwel zijn meerdere erkennen in Eli Iserbyt, die alweer zijn vijfde zege van het seizoen boekte.
De Belg was bergop de mindere van Van der Haar, maar met een fraai staaltje stuurmanskunst in de afdalingen en een aantal onnavolgbare versnellingen op het technische gedeelte van het parkoers was het Iserbyt die het verschil maakte. Na krap een uur koers moest de Nederlander elf seconden toegeven op de leider van de wereldbeker.
Dat het een Belg was die zegevierde mocht nauwelijks verbazingwekkend heten. Sinds Iowa City in 2016 voor de eerste maal de wereldbekerstatus kreeg, was het in tachtig procent van de gevallen een Vlaming die met de overwinning aan de haal ging.
De Belg Wout van Aert was de eerste laureaat op Amerikaanse bodem. Hij werd opgevolgd door Mathieu van der Poel, maar het waren Van Aerts landgenoten Toon Aerts en Iserbyt die vervolgens juichend over de streep kwamen. In 2020 werd de wedstrijd vanwege de coronapandemie niet verreden, dit jaar trad Iserbyt in zijn eigen voetsporen. Eerder was hij ook al de snelste in Waterloo.
Mount Krumpit
Evenals Iserbyt was ook Vos simpelweg een klasse apart, moest ook Betsema erkennen. De veterane had de overwinning op het parkoers waar de Mount Krumpit als scherprechter diende allesbehalve gestolen.
"Ze versnelde precies op het punt waarop ik het verwachtte, maar ik was te kapot om te kunnen reageren", zei ze na afloop. "Ik had gewoon moeite om op de fiets te blijven. Marianne heeft tactisch top gereden."
Het moet voor de rensters als muziek in de oren hebben geklonken dat Vos nogmaals bevestigde dat ze een rustperiode inlast. "Ik ga er inderdaad even uit." Om daar waarschuwend aan toe te voegen: "Maar ik kom weer terug."
Eind januari steekt Vos opnieuw de Atlantische Oceaan over, wanneer de strijd om het wereldkampioenschap plaats vindt in Fayetteville. In het lokale Centennial Park is het opnieuw de beurt aan de Nederlandse vrouwen, zo lijkt het. En als iemand weet hoe het is om op dat podium te zegevieren is het wel zevenvoudig wereldkampioene Vos.