Minister Hoekstra was betrokken bij brievenbusfirma op Maagdeneilanden
Demissionair minister van Financiën Hoekstra (CDA) heeft voordat hij minister werd jarenlang een belang gehad in een brievenbusfirma op de Britse Maagdeneilanden. Dat schrijven Trouw, het Financiële Dagblad en onderzoeksplatform Investico. Zij hebben toegang via het internationaal journalistencollectief ICIJ tot 12 miljoen gelekte documenten van trustkantoren: de zogenoemde Pandora Papers.
De firma heet Candace Management en er zijn zo'n veertig mensen bij betrokken, onder wie verschillende mensen uit de Nederlandse bankwereld. Ze investeren ermee in een safaribedrijf in Oost-Afrika. Het is wettelijk niet verboden om gebruik te maken van belastingconstructies.
De constructie is wel omstreden, zegt onderzoeker Karlijn Kuijpers van Investico. "Nederland treft al bijna tien jaar allerlei maatregelen om te zorgen dat die paradijzen ophouden te bestaan."
"Het ratio van deze constructie ontgaat me volledig", zegt Ruud Pruijm, emeritus hoogleraar administratieve techniek aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. "Het is niet betamelijk om het zo te doen, niet echt netjes. Er stroomt heel veel geld van en naar de belastingparadijzen toe en niemand weet van wie het is en waar het heengaat."
'Rutte geïnformeerd'
Hoekstra had voor 26.500 euro een belang in Candace Management toen hij als senator voor het CDA in de Eerste Kamer zat. Hij zat toen in een commissie, die zich onder meer bezighield met wetsvoorstellen om belastingontwijking tegen te gaan. Een week voordat Hoekstra minister van Financiën werd, in oktober 2017, heeft hij zijn aandelen in de firma verkocht en heeft hij de winst van zo'n 4800 euro uit zijn belegging geschonken aan een goed doel.
Hoekstra zegt in een uitgebreide reactie op Twitter dat hij de investering twaalf jaar geleden deed en zich destijds niet had gerealiseerd waar het bedrijf gevestigd was. "Daar had ik mij achteraf natuurlijk beter in moeten verdiepen."
Hij zegt verder dat hij voor zijn aantreden als minister toenmalig formateur Rutte had geïnformeerd over zijn investering. "Ik heb mij steeds volledig gehouden aan alle regels die er gelden voor bewindspersonen en voor Eerste Kamerleden. Ik heb deze investering altijd meegenomen in mijn belastingaangifte."
De veertig mensen die nu nog in de besloten beleggingsclub zitten, bekleden volgens Dirk Waterval van Trouw allemaal topfuncties in het Nederlandse zakenleven. Het gaat onder anderen om Maarten Muller (commissaris bij Van Lanschot Kempen), Alexandra Schaapveld (voorheen commissaris van staatsbank FMO) en Joost Kuiper (oud-commissaris ING).
Ook Tom de Swaan, inmiddels president-commissaris van staatsbank ABN Amro, is een opvallende naam. Hij werd in juli 2018 door Hoekstra benoemd en heeft zijn aandelen nog steeds via de brievenbusfirma lopen.
In een reactie zegt De Swaan: "Als vriendenclub hebben we destijds onze oud-collega financieel gesteund met het realiseren van zijn droom, namelijk een ecofriendly safaribedrijf in Afrika. Een geheel legitieme investering (die nooit enig rendement heeft opgeleverd en door mij als gift wordt beschouwd). Deze investering is van meet af aan bekend bij de Nederlandse belastingdienst." ABN Amro ziet geen noodzaak om te reageren.
Hoekstra: wist niet van De Swaan
"Alle deelnemers uit deze beleggingsclub zeggen dat zij hun aandelen gewoon bij de Belastingdienst hebben gemeld, en dus niets verkeerd hebben gedaan," zegt Waterval. "Maar er is de afgelopen jaren zo veel ophef over dit soort belastingparadijzen omdat ze fraude en corruptie verhullen. Er kwam een internationale strijd tegen deze landen. Vanaf toen hadden de mensen die achter deze strijd staan, kunnen concluderen dat het beter is als ze er zelf ook niet zitten. Dat hebben deze mensen niet geconcludeerd."
Hoekstra zegt tegen de journalisten niet te hebben geweten dat De Swaan ook betrokken was bij de beleggingsclub. De lijsten met aandeelhouders die volgens verschillende investeerders uit de groep regelmatig rondgestuurd worden, zegt Hoekstra nooit te hebben gezien. Hij zou geïnvesteerd hebben, omdat hij via zijn oude studentenvereniging uit Leiden bevriend was met de oprichter van het safaribedrijf. Dat bedrijf zou de constructie hebben opgetuigd om makkelijk internationale beleggingen aan te kunnen trekken.