Bouwers moeten bij nul-op-de-meter-renovatie beter kijken naar vleermuis
Bouwers en projectontwikkelaars moeten bij het klimaatneutraal maken van bestaande huizen toch meer rekening houden met beschermde en bedreigde diersoorten. De Raad van State heeft dat geoordeeld in een hoger beroep dat was aangespannen door twee organisaties die zich inzetten voor vleermuizen en voor de huismus. Een eerdere rechtszaak hadden de organisaties in 2018 nog verloren.
De Raad oordeelt dat de huidige gedragscode voor het maken van zogeheten nul-op-de-meterwoningen (NOM) niet voldoet aan de eisen van de Wet natuurbescherming en de Europese Vogel- en Habitatrichtlijn. Dankzij die gedragscode, die in 2018 in gebruik werd genomen, konden bouwbedrijven sneller en simpeler werken. Het gaat om vele tienduizenden woningen per jaar.
Vleermuizen raken ingesloten
Daarbij hoefde er geen uitgebreid onderzoek naar vleermuizen meer worden gedaan, wat normaal gesproken tot vertraging in de renovaties leidt. Maar daarmee is de instandhouding van beschermde diersoorten op de lange termijn niet gewaarborgd, stelt de Raad. "Het aanbrengen van isolatie bijvoorbeeld kan ertoe leiden dat vleermuizen ingesloten raken of dat mussen hun nesten en verblijfplaatsen niet meer kunnen bereiken."
"De bescherming van vleermuizen verdient maatwerk", stelt SEVON, dat het hoger beroep had ingesteld en blij is met de uitspraak. Volgens de stichting zijn er voldoende mogelijkheden om "natuurinclusieve oplossingen" in te zetten bij de energietransitie.
Ook Liset Karman van Huismussenbescherming Nederland is heel blij. "De Raad erkent dat de huismus recht heeft op een compleet leefgebied." Ze stelt dat bouwers bijvoorbeeld speciale containers voor de vogels kunnen neerzetten op bouwlocaties als vervangende habitat.
'Fnuikend voor opschaling'
Leen van Dijke, voorzitter van de club bouwers, corporaties en andere partijen die zoveel mogelijk huizen willen ombouwen tot NOM-woningen, noemt de uitspraak op Twitter uiterst teleurstellend. "Er moet nu weer met individuele ontheffingen worden gewerkt; dit leidt tot significante vertragingen en veel onvoorspelbaarheden in het productieproces. Dat is fnuikend voor industrialisatie en opschaling."
Hij wil snel met het ministerie van LNV om tafel om de gedragscode aan te passen. Een woordvoerder van het ministerie zegt dat het de uitspraak zal bestuderen en "samen met betrokken partijen en provincies zal bekijken of - en hoe - de gedragscode moet worden aangepast".