Tilburgse wethouder leeft maand op bijstandsniveau: 'Dagen op paprikachips geleefd'
Een maand lang rondkomen van het leefgeld dat overblijft van een bijstandsuitkering. De Tilburgse wethouder Esmah Lahlah probeerde dat afgelopen maand, om te ervaren waar mensen in de bijstand tegenaan lopen.
Ze had 250 euro om aankopen te doen: "Veertig euro per week voor mijzelf en tien euro extra per kind, volgens de Nibud-norm". Ze vond het een zware en pittige maand, vertelt ze in het NOS Radio 1 Journaal. "Ik heb een aantal dagen geleefd op een zak paprikachips. Je moet continu keuzes maken, maar die keuzes heb je eigenlijk niet. Gezond voedsel, verse groenten en fruit zijn ontzettend duur. Ongezond eten is goedkoper. Daarom koop je makkelijker een zak diepvriesfriet van nog geen euro dan verse aardappels.
De 41-jarige Lahlah is sinds drie jaar verantwoordelijk wethouder voor de Participatiewet en de bijstand voor de gemeente Tilburg. Zo'n 7000 gezinnen in de gemeente krijgen een bijstandsuitkering.
Vangnet noch springplank
De Participatiewet werkt niet als vangnet en ook niet als springplank om mee te doen in de maatschappij, concludeert Lahlah. Om die reden besloot Tilburg vorig jaar anders om te gaan met gezinnen in de bijstand en zich niet blind te staren op de uitstroom naar werk, zoals de Participatiewet vereist. "We proberen de gezinnen meer maatwerk te bieden en ze te benaderen vanuit vertrouwen, niet vanuit wantrouwen."
Dat dat in de praktijk niet zo werkt, ervoer Lahlah vanaf het moment dat ze een uitkering aanvroeg. "Ik werd opgeroepen voor een meldingsgesprek. Dat klinkt best dreigend. Waarom noemen we het geen kennismakingsgesprek? "
De grote hoeveelheid formulieren die ze moest invullen, onder meer voor toeslagen, de voedselbank en leergeld en het almaar opnieuw vertellen van haar verhaal, maakte "dat ze door de bomen het bos niet meer zag."
Met veel passen en meten redde Lahlah het tot het einde van de maand met haar krappe budget, ondanks tegenvallers als de apk-keuring (50 euro) en een defect koffiezetapparaat. Haar twee tieners moesten het een maand zonder zakgeld, sportschool, Netflix en nieuwe kleding doen. "Het is meer overleven, dan leven."
Voor de laatste dagen had ze nog vijf cent over:
Lahlah hoopt met de opgedane ervaring het beleid te verbeteren, zowel in haar gemeente als in de gesprekken met het Rijk over de Participatiewet. Want er zijn aanpassingen nodig in zowel de organisatie van de bijstand als in de wet- en regelgeving, zegt de wethouder.
"De bijstand moet omhoog en we moeten af van een wet die dwingend en controlerend is, inclusief formulieren vol juridische taal en controlerende toon en toe naar meer menselijk contact", zegt ze in Trouw. "Op die manier krijg je ook meer zicht op wat iemand wel, in plaats van niet kan."
Dat moet uiteindelijk leiden tot echte participatie van iedereen, hoopt Lahlah. "Iedereen moet onafhankelijk kunnen zijn en perspectief hebben. Iedereen moet kunnen meedraaien in de samenleving en welbevinden ervaren. En hulp krijgen als dat niet lukt."