Zonnig lenteweer 'goed nieuws': minder kans op besmetting in buitenlucht
Het lenteweer breekt aan en dus gaan we meer naar buiten. Goed nieuws, ook wat betreft de verspreiding van corona. Uit onderzoek blijkt dat de kans op een besmetting buiten bijna negentien keer kleiner is dan binnen. Maar wat verklaart dit verschil?
Het coronavirus verspreidt zich via druppeltjes in de lucht waar het virus in kan zitten. Veel van deze druppels komen niet verder dan 1,5 meter, daarom is afstand bewaren belangrijk.
Andere, kleinere druppels kunnen langer blijven zweven, maar vervliegen in de ruimte. En dat gaat buiten een stuk sneller dan binnen, omdat het buiten vrijwel altijd waait. De kans dat je lucht van een ander inademt is hierdoor erg klein.
"Als je binnen bent moet je het doen met de lucht die er is. Pas wanneer je ramen openzet en de lucht ververst, verklein je de kans op besmetting. Buiten gaat dit verversen van de lucht vanzelf, dus buiten is per definitie beter", legt epidemioloog Alma Tostmann van Radboudumc uit.
Uv-straling
Naast wind, spelen temperatuur, luchtvochtigheid en zonlicht een rol, weet infectieziektenmodelleur Quirine ten Bosch van de Wageningen Universiteit. "Uv-straling heeft invloed op de overleving van een virus. Door zonlicht kunnen virusdeeltjes minder lang overleven op een oppervlakte."
De wetenschappelijke discussie over hoelang het virus überhaupt overleeft buiten het lichaam, is nog niet beslecht. "We weten dat covid-19 op oppervlaktes langer overleeft dan bijvoorbeeld Sars. Maar het blijft lastig om wetenschappelijk aan te tonen hoe belangrijk dit is in de praktijk."
"Verder maakt gedrag - er is buiten simpelweg meer ruimte om afstand te bewaren - en het feit dat mensen minder gedeelde oppervlakten aanraken, dat het coronavirus zich buiten minder makkelijk verspreidt dan binnen."
Zo verspreiden die druppels zich buiten en binnen:
Ondanks wind en zon, zijn er toch buitenshuis coronabesmettingen geconstateerd. "Zeker, helemaal veilig ben je ook buiten niet", zegt Tostmann. De kans op besmetting in de buitenlucht is kleiner, maar niet nul. "Zeker wanneer je langdurig dicht op elkaar staat, kun je elkaars lucht inademen. En als je bijvoorbeeld gaat picknicken in een park en dezelfde dingen aanraakt, dan kun je ook buiten besmet raken."
Volgens viroloog Müge Cevik van de Schotse universiteit St Andrews is het risico om een coronabesmetting buiten de deur op te lopen nihil. Behalve wanneer mensen langdurig en nauw contact onderhouden in de buitenlucht. De kans dat je een besmetting oploopt door bijvoorbeeld een hardloper die voorbij holt, is daarentegen heel klein.
Je kunt dus beter activiteiten in de buitenlucht ondernemen, dan binnen. "Binnen de maatregelen die gelden natuurlijk", benadrukt Alma Tostmann. "Als je die ene bezoeker per dag ontvangt, kun je dit nog altijd beter buiten doen dan binnen."
Vorige zomer lag het aantal coronabesmettingen relatief laag. Maar we mogen er niet op rekenen dat dit deze zomer ook het geval zal zijn, zegt Tostmann. "We gingen vorig jaar al met relatief lage besmettingscijfers de zomer in, omdat we goed uit de eerste strenge lockdown kwamen. Met name door het naleven van de maatregelen lag het aantal besmettingen destijds lager. We kunnen niet redeneren dat het vanzelf beter wordt door het mooie weer. We moeten er wel wat voor doen."
Ook infectieziektenmodelleur Quirine ten Bosch benadrukt dat niet helder is wat een seizoenseffect veroorzaakt. "Je kunt niet op basis van één jaar covid iets zeggen over seizoenseffecten. Die periode is te kort en er spelen te veel andere factoren."
Covid-19 en het griepseizoen
Dat de zomer covid-19 doet verdwijnen is "een mythe", al hebben seizoenen wel degelijk invloed, stelt professor Martijn Hoogeveen van de Open Universiteit. "Covid-19 lijkt zich te houden aan de grenzen van het griepseizoen."
Hoogeveen maakte samen met zijn zus, internist Ellen Hoogeveen van het Jeroen Bosch Ziekenhuis, deze analyse over de seizoensgebondenheid van covid-19. Hieruit blijkt dat de corona-epidemie in Nederland samenvalt met andere luchtwegziektes zoals verkoudheid tot griep. "Het patroon lijkt zeer sterk op dat van het griepachtige seizoen."
De datawetenschapper verwacht dan ook dat het virus de komende weken zal gaan liggen. "We hebben het reguliere griepseizoen bekeken sinds 2016. Dat eindigt half april en begint half augustus. Als het coronavirus zich nu opnieuw seizoensgebonden gedraagt, dan verwacht ik uiterlijk half april een daling in het aantal besmettingen, net als vorig jaar. Normaliter neemt het dan half augustus weer toe, maar groepsimmuniteit door vaccinaties kan covid-19 grotendeels doen uitdoven."
Quirine ten Bosch verwacht daarentegen niet dat het virus de komende weken gaat liggen. "We hebben te maken met een andere coronavariant die besmettelijker is. En de besmettingscijfers lopen nog altijd op."