Enorme belangstelling voor opkoopregeling kalverhouderijen
Rob Koster
Economieverslaggever
Rob Koster
Economieverslaggever
De belangstelling voor de provinciale opkoopregeling van kalverhouderijen op de Veluwe is veel groter dan verwacht. Er kunnen veel minder boeren worden uitgekocht dan zich hebben aangemeld, blijkt uit een eerste inventarisatie die vanmiddag aan Provinciale Staten is gestuurd. Met de 20 miljoen euro die is uitgetrokken, kunnen naar schatting zo'n vijftien boeren worden uitgekocht, terwijl meer dan 100 kalverhouders een aanvraag hebben lopen.
Gelderland huisvest de helft van de één miljoen vleeskalveren in Nederland. De meeste bedrijven bevinden zich op, of grenzen aan, de Veluwe. Dat is het grootste Natura-2000 gebied in Nederland en het leidt schade door de te hoge stikstofproductie. Het overschot aan stikstof is voor een belangrijk deel te wijten aan mest uit de veehouderij.
Met de opkoopregeling probeert de provincie Gelderland de druk op de natuur te verlichten, ruimte te scheppen voor onder meer woningbouw en een financiële uitweg te bieden aan kalverhouders die in de problemen zitten.
De enorme belangstelling voor de opkoopregeling heeft volgens betrokkenen een aantal redenen: zo is de druk van de omgeving op de kalverboeren groot, nu veel bouw- en andere activiteiten afgeremd worden door een te veel aan stikstof in het milieu. Aangescherpte milieuregels maken uitbreiding en investeringen in duurzame stallen op de Veluwe onmogelijk. Veel kalverhouders hebben geen opvolger in de familie.
Markt voor kalfsvlees ingestort
Daarnaast is de markt voor vleeskalveren ingestort vanwege de coronapandemie. In Nederland wordt weinig kalfsvlees gegeten. De kalveren worden, als ze zijn vetgemest, geëxporteerd of geslacht. Het vlees gaat meestal naar de horeca in het buitenland die vanwege corona nu grotendeels dicht is. Veel kalverhouders hebben een contract met de vleesindustrie die de grootste klappen opvangt. De kalverhouders vrezen dat hun vergoeding bij een contractverlenging omlaag gaat als gevolg van de ingestorte markt.
Robert en Diane hebben zich aangemeld om zich te laten uitkopen door de provincie, want strenge milieuregels maken investeringen onmogelijk:
Er is ook een landelijke regeling die provincies in staat stelt om veehouderijen uit te kopen die dicht tegen een Natura-2000 gebied aanzitten. Bij deze opkoopregeling maakt het niet uit om wat voor veehouderij het gaat, maar in de praktijk zijn het overwegend melkveehouderijen.
De eerste tranche van de regeling verdeelt 100 miljoen euro over de 12 provincies. Tientallen melkveehouders hebben zich inmiddels bij hun provincie gemeld, maar de belangstelling is nog niet zo groot als bij de Gelderse opkoopregeling.
Beroepsverbod
Een belangrijk verschil tussen de landelijke regeling en die voor de kalverhouderij in Gelderland is de toekomst voor de boer. In de eerste tranche van de landelijke regeling wordt de melkveehouder gedwongen om te stoppen met zijn werk. In Gelderland mag de kalverhouder zijn werk elders voortzetten, al is het in de praktijk niet makkelijk om een andere plek met de noodzakelijke vergunningen te vinden.
Er is veel kritiek op het zogenoemde 'beroepsverbod' in de landelijke regeling. Het ministerie van landbouw kijkt daarom nu naar aanpassing van de tweede en de derde tranche van de regeling, waar in totaal nog eens 250 miljoen euro mee is gemoeid. Bedrijven verliezen dan wel hun productierechten van de plek die is opgekocht maar zouden, als ze daar het geld voor hebben, wel elders verder mogen boeren.
De discussie over inkrimping van de veestapel die in de verkiezingscampagne een rol speelt, wordt door het provinciebestuur in Gelderland bewust buiten de deur gehouden om polarisatie te voorkomen, zegt gedeputeerde Peter Drenth (CDA): "Wij willen helemaal niet sturen of mensen boer mogen blijven of niet. Gelderland is een grote natuurprovincie en een grote landbouwprovincie, daar zijn we trots op. We zoeken naar de beste plek voor agrarische activiteit," zegt Drenth.