Eerste verkiezingsdebat in teken van felle discussies over coronabestrijding
Het eerste verkiezingsdebat in aanloop naar de Tweede Kamerverkiezingen, georganiseerd door het Dagblad van het Noorden, de Leeuwarder Courant en het Friesch Dagblad, mondde uit in een felle discussie over de bestrijding van het coronavirus en de stikstofcrisis.
Onder meer de PVV en de PvdA verweten het demissionaire kabinet een lakse en trage aanpak van de coronabestrijding.
Volgens PVV-leider Wilders blijft de Nederlandse zorgcapaciteit, en dan met name die in de ziekenhuizen, ver achter bij die in landen als Duitsland, België en Frankrijk. "Het is te genant voor woorden. Er is een soort zorgvrekkigheid, en die bezuinigingen heeft de VVD onder haar bewind laten gebeuren."
Ook hekelde Wilders het vaccinatiebeleid, waarbij er "in Nederland nu pas net zoveel mensen zijn gevaccineerd als half december in het Verenigd Koninkrijk".
Te laat en te langzaam
Sophie Hermans, de nummer drie op de VVD-lijst, verving premier Rutte die aanwezig moest zijn bij het kabinetsberaad over de coronacrisis. Ze zei er "ook van te balen". "Maar", zo zei ze, "inmiddels wordt er volop gevaccineerd."
Ook de PvdA bekritiseerde de coronabestrijding van het kabinet. "De weg uit deze crisis is vaccineren, vaccineren, vaccineren. Het is allemaal steeds te laat en te langzaam", zei lijsttrekker Ploumen.
CDA'er Omtzigt, die lijsttrekker Hoekstra verving, brak een lans voor zijn partijgenoot Hugo de Jonge, die als minister van Volksgezondheid een hoofdrol speelt in de aanpak van het virus.
Achteraf evalueren
In felle bewoordingen maakte hij duidelijk niets te hebben met het "constant zo hard mogelijk hakken" op het kabinetsbeleid. "Degene die hier beweert dat in een nationale crisis een rechtlijnige exitstrategie de uitweg is, verkoopt knollen voor citroenen", zei hij in de richting van PVV-leider Wilders.
Volgens Omtzigt is die aanhoudende harde kritiek ongepast. Hij riep op om "een klein beetje respect" te tonen voor diegenen die "echt hun best doen". "Dan gaan we achteraf evalueren", zo stelde Omzigt.
Voor het Noordelijk Lijsttrekkersdebat waren acht partijen uitgenodigd, gebaseerd op hun scores in de peilingen. De lijsttrekkers Kaag, Rutte en Hoekstra werden vervangen door Rob Jetten, Hermans en Omtzigt. Verder deden Segers (ChristenUnie), Ploumen (PvdA), Marijnissen (SP), Klaver (GroenLinks) en Wilders (PVV) mee.
Een ander thema in het debat was de toekomst van de boeren in Nederland en de stikstofcrisis. D66-leider Jetten zei dat het ongemakkelijke, maar niet te vermijden gesprek over de ingrijpende veranderingen in de bedrijfsvoering van boeren nu gevoerd moet worden.
Dat leidde tot een botsing met onder anderen Wilders en coalitiegenoot CDA, die vinden dat D66 de boeren te veel de stuipen op het lijf jaagt met uitspraken over de veestapel die gehalveerd moet worden.
GroenLinks-leider Klaver was op zijn beurt teleurgesteld in de ChristenUnie, die volgens hem niet genoeg doet tegen de macht van afnemers. Zij geven de boeren geen eerlijke prijs voor hun producten, stelde Klaver. Segers verweer was juist de ChristenUnie de afgelopen periode met allerlei voorstellen is gekomen om de positie van de boeren te verbeteren.
Zoveel mogelijk kinderen over laten gaan
Verder viel op dat ChristenUnie leider Segers desgevraagd zei dat de politiek "alles op alles" moet zetten om te zorgen dat zoveel mogelijk kinderen gewoon over kunnen gaan. Opvallend, omdat zijn eigen ChristenUnie-minister Slob eind vorige week zei dat leerlingen er rekening mee moeten houden dat ze ook kunnen blijven zitten.
Klaver viel Segers bij. Veel kinderen lopen achterstanden op door het digitale afstandsonderwijs. Klaver vindt dat er alles aan gedaan moet worden om die achterstanden de komende jaren in te lopen.