Eerste massabegrafenis vermoorde jezidi's Irak
In Irak is voor het eerst een massabegrafenis gehouden voor jezidi's die in 2014 vermoord werden door Islamitische Staat. 104 slachtoffers die aanvankelijk in massagraven terecht waren gekomen zijn geïdentificeerd en begraven in de plaats Kocho.
"Onder de slachtoffers zijn mijn vrienden, buren, en twee van mijn broers. Ik mis ze nog elke dag", zegt jezidi-activist en Nobelprijswinnaar Nadia Murad, die aanwezig was bij de plechtige ceremonie. "Ik ben blij dat ik hen kan eren met een waardige begrafenis, maar mijn hart bloedt nog altijd voor de duizenden gezinnen die nog geliefden in massagraven hebben liggen."
De regio rond Kocho, in het noorden van Irak, werd zeven jaar geleden ingenomen door Islamitische Staat. De terreurgroep pleegde genocide op de jezidi's, een religieuze minderheid in het islamitische land. Mannen werden vermoord, jongens werden kindsoldaat en meisjes en vrouwen werden seksslaaf.
Meer dan 3000 mensen werden vermoord, van de 7000 vrouwen die werden ontvoerd zijn velen nog altijd niet terug. 120.000 mensen sloegen op de vlucht. Murad won in 2018 de Nobelprijs voor de Vrede voor haar inzet voor de bevolkingsgroep. Ze werd zelf drie maanden vastgehouden door IS.
Daders opsporen
Nadat IS uit het gebied was verjaagd, werden er zeker tachtig massagraven gevonden. Sinds maart 2019 zijn er daarvan negentien opgegraven. De resten zijn naar Bagdad gebracht voor onderzoek door een internationaal team.
Het identificeren van de slachtoffers verloopt moeizaam, omdat veel jezidi's verspreid zijn geraakt over het land. Bovendien zijn er van sommige gezinnen geen overlevenden meer over om dna mee te vergelijken.
Murad roept op het werk voort te zetten. Niet alleen om de slachtoffers een waardige laatste rustplek te geven, maar ook om bewijsmateriaal te verzamelen over de daders.
"De meeste daders zijn nog niet geïdentificeerd, opgepakt en berecht", zegt Murad. "Ze lopen vrij rond en verstoren de dromen of vrijheid en veiligheid van mijn gemeenschap."