12 jaar cel geëist voor ontvoeren en in zee gooien van Nederlandse op Curaçao
Het Openbaar Ministerie op Curaçao heeft twaalf jaar cel geëist tegen een man en een vrouw die ervan verdacht worden een 17-jarig Nederlands meisje te hebben ontvoerd. Ze zou ook zijn beroofd, aangerand, vastgebonden en vanaf de rotsen in zee zijn gegooid. De stagiaire uit Haaksbergen overleefde die nacht door in het water te schuilen onder een rots.
De twee verdachten, Shelomi P. (30) en Azanahil M. (34), zouden de stagiaire een lift hebben gegeven en daarna hebben gedwongen geld te pinnen. Nadat het meisje 's nachts in zee was gegooid, wist ze de ochtend erna zwemmend een strand te bereiken, waar ze werd geholpen door een vrouw die haar naar de politie bracht.
Schuldbekentenis ingetrokken
De verdachten meldden zich zelf bij de politie, nadat die beveiligingsbeelden had verspreid van het moment dat ze met het Nederlandse meisje bij een pinautomaat stonden. Bij een eerdere zitting in januari bekenden ze schuld, maar gisteren trokken ze die bekentenis weer in. Ze verklaarden dat de Haaksbergse drugs bij hen wilde kopen, maar geen geld bij zich had.
Toen het pinnen mislukte, zou een van de verdachten haar pas hebben gepakt en meer geld hebben opgenomen dan de bedoeling was. Volgens de officier van justitie hebben de twee eerder bij een reconstructie de hele route gevolgd en aangewezen waar ze vorig jaar augustus met het slachtoffer zijn geweest.
De rechtbank op Curaçao doet over drie weken uitspraak.