NOS Nieuws

Vier weken protest in Wit-Rusland: ‘Het geweld is onmenselijk'

Bijna vier weken na de presidentsverkiezingen in Wit-Rusland is de situatie nog steeds gespannen. Sinds die verkiezingsdag gaan inwoners massaal de straat op om te demonstreren tegen de uitslag. De oppositie spreekt van grootschalige fraude en eist nieuwe verkiezingen, maar president Loekasjenko zit nog altijd stevig in het zadel. Ondertussen lijkt Rusland de zaak hoog te willen spelen.

De NOS sprak met vier demonstranten in Minsk die al weken de straat op gaan. Wat houdt ze op de been?

'Het geweld is onmenselijk'

"Ik leef al 26 jaar in deze dictatuur en heb heel veel protesten meegemaakt, maar nog nooit van deze omvang", vertelt de 35-jarige architect Dzmitry. Hij heeft het aantal demonstranten door de weken heen flink zien toenemen. "Vooral op zondagen zijn er veel burgers op de been." Hij verwijst naar de honderdduizenden betogers die afgelopen weekenden de straat op gingen.

Dzmitry is boos op president Loekasjenko. "We willen hem niet als president, maar hij heeft onze stem gestolen." Het politiegeweld van de afgelopen weken om de protesten neer te slaan, maakt hem alleen maar bozer. "Met zes man sterk slaan ze de demonstranten in elkaar. Wanneer je op de grond valt, gaan ze nog even door. Het lijkt wel alsof ze er plezier in hebben. Het is absoluut onmenselijk."

De 35-jarige architect vertelt dat er een moment was dat president Loekasjenko hoop begon te verliezen, maar toen kwam de steun van Rusland. "Dat gaf hem nieuwe hoop. Het is een bedreiging aan ons: als jullie niet stoppen, zullen de Russen komen." En dat laatste willen veel inwoners absoluut niet.

Toch houdt Dzmitry hoop en gelooft hij dat de nieuwe verkiezingen zullen komen. "We zijn in de meerderheid en dat geeft een enorme kracht. Niemand zal de gruwelijkheden van de afgelopen weken vergeten. We zullen blijven protesteren en het systeem veranderen."

'We vechten met bloemen, niet met wapens'

"Dat mijn stem gestolen zou worden, had ik verwacht", vertelt de 32-jarige Olga. "Maar toen ik het hardhandige politieoptreden van de eerste dagen na de verkiezingen zag, had ik geen keuze meer." Sindsdien gaat Olga meerdere keren per week de straat op en is ze altijd aanwezig bij de grote protesten in de weekenden. Uit angst om opgespoord te worden door de troepen van president Loekasjenko, wil ze liever niet met achternaam genoemd worden of op de foto.

Behalve de reguliere protesten, doet Olga ook wekelijks mee aan de vrouwendemonstraties. Gekleed in het wit en met bloemen in de hand, zingen ze liederen. Het doel is om op een vreedzame manier hun stem te laten horen. "We vechten met bloemen, niet met wapens."

Ze vertelt dat ze zich veiliger voelt als ze is omringd door andere vrouwen. "De politie treedt minder hard op als het om vrouwen gaat. De laatste keer dat ik met een groep vrouwen de straat op ging, kwam de politie niet eens opdagen."

Volgens de 32-jarige vrouw zal het een lange rit worden, maar uiteindelijk zullen er nieuwe verkiezingen komen. "Terwijl alle inwoners van dit land zo verschillend zijn, is iedereen toch zo verenigd en dat geeft me hoop." Onderling grapt Olga met haar vriendinnen dat ze die eenheid te danken hebben aan president Loekasjenko. "Dankzij zijn haat en zijn regime, zijn de Wit-Russen dichter bij elkaar gekomen."

'Ze bleven maar slaan'

"Ik wil graag demonstreren, maar ben extreem voorzichtig", zegt Ilja bedeesd. "Ik ga alleen naar de kleine protesten en let erg goed op. Ik wil absoluut niet naar de gevangenis." Hij weet waar hij het over heeft: de twintiger werd na de verkiezingen dagenlang vastgehouden, mishandeld en gekleineerd.

Het was de dag na de verkiezingen en Ilja liep, naar eigen zeggen, toevallig langs een kleine demonstratie. De oproerpolitie brak het protest op met een flitsgranaat en begon met knuppels in te slaan op Ilja. "Ik zei dat ik er niet bij hoorde, maar ze bleven slaan en pakten mijn spullen af. Ik werd in een busje gesmeten, bovenop andere gevangenen."

Er volgde een nacht op de binnenplaats van een gevangenis, zonder voedsel, slaapplek of wc. "'Pis maar over elkaar heen, dan heb je iets te drinken', werd er geroepen. We stonden met zestig man op zo'n vier vierkante meter. Sommigen verloren hun bewustzijn of kregen paniekaanvallen." Uiteindelijk lukt het Ilja om tegen de betonnen muur in slaap te vallen, ondanks het voortdurende geweld van de cipiers.

Na twee dagen werd hij plots vrijgelaten, zonder zijn spullen en nadat hij het volkslied moest zingen. Inmiddels zijn de wonden geheeld en is de demonstrant in hem opgestaan. "Maar ik ben héél voorzichtig", benadrukt hij nogmaals. Ilja blijft op de achtergrond van groepen, maakt geen foto's en draagt geen wit-rode kleding.

'Een oceaan van mensen'

"Ik heb een dochter van 12 en ik wil haar een goede toekomst geven", vertelt Denis. "Maar het is nu te gevaarlijk om hier te wonen." Het is een van de redenen waarom de 38-jarige programmeur uit Minsk nog steeds bijna dagelijks de straat op gaat.

Denis vertelt over busjes gevuld met politieagenten die op willekeurige momenten stoppen. "Soms slaan ze je in elkaar, soms arresteren ze je. Je weet nooit wat je kunt verwachten." Zelf gaat Denis vaak samen met zijn vrouw naar de protesten. Regelmatig slaan ze op de vlucht voor de busjes en verstoppen ze zich in de bossen.

Toch is de Denis niet bang. "De martelingen en gruwelijkheden die ik zie, geven mij alleen maar meer redenen om de straat op te gaan en mijn landgenoten te helpen." Wel kijkt hij gespannen naar de oosterburen. "President Poetin is net zo gestoord als onze president. Ik had nooit gedacht dat hij de Krim zou annexeren, maar hij deed het. Zoiets zou hier zomaar kunnen gebeuren."

Tegelijkertijd ziet hij het aantal betogers wekelijks toenemen en dan stemt hem dan weer positief. "Het lijkt wel een oceaan van mensen, zo indrukwekkend. Het laat zien dat we niet opgeven. We zullen samen vechten tot het einde en winnen."

Deel artikel:

Advertentie via Ster.nl