GGD gewezen op tekortkoming contactonderzoek, maar wilde 'uitstralen er klaar voor te zijn'
Bij het opschalen van het aantal bron- en contactonderzoeken is de GGD uitgegaan van het aantal contacten dat mensen in de lockdownfase hadden, toen mensen veel meer thuis waren en minder sociale activiteiten hadden dan in de zomermaanden. Intern en extern werd al getwijfeld of de berekeningen in het plan wel voldoende waren voor de gestelde taak, blijkt onder meer uit documenten die de NOS in handen heeft.
In april en mei zaten veel mensen binnen. De GGD gebruikte toch het gemiddeld aantal contacten dat besmette personen toen hadden (twee tot drie) voor het bepalen van de duur van een contactonderzoek. In het opschalingsplan kwam vervolgens te staan dat een onderzoek vijf uur zou duren.
De inschatting bleek veel te laag; in de praktijk kosten de onderzoeken acht tot twaalf uur. De GGD zegt in zeker vijf regio's verrast te zijn door het hoge aantal contacten dat besmette personen hebben. Een gemiddelde aantal contacten is niet bekend bij de GGD, maar soms zou het gaan om honderd mensen.
Dat betekent dat de GGD nu veel meer contactonderzoekers nodig heeft dan waar rekening mee was gehouden. Amsterdam en Rotterdam moesten om die reden besluiten om nauwe contacten voorlopig niet meer te bellen, ook wordt de inzet van Defensie nu voorbereid.
Bij de GGD waren op het moment dat het opschalingsplan werd gepresenteerd al meerdere aanwijzingen die wezen op veel te lage inschattingen - en mogelijke problemen als gevolg daarvan.
Zo staat in de richtlijn van het European Center for Disease Control (ECDC) dat besmette personen tussen de tien en dertig contacten hebben. ECDC adviseert bij bron- en contactonderzoek altijd "te plannen voor het hogere aantal".
De tijd die per onderzoek moet worden genomen is volgens ECDC negen uur. Het regelmatig bellen van contacten of ze zich wel aan de quarantaine houden is niet meegenomen in de berekening. Daarvoor rekent ECDC met 15 minuten per contact. Bij dertig contacten kom je dan op een totaal van 14 uur per onderzoek.
Ook naar adviezen van experts lijkt door de GGD niet te zijn geluisterd. Epidemioloog Arnold Bosman is eind april door meerdere GGD-directeuren wel gevraagd om naar een concept van het opschalingsplan te kijken.
Hij stelde toen de duur van vijf uur aan de kaak en wees op de Europese richtlijn, maar het lage aantal belandde toch alsnog in het plan. "Hoe je het ook draait, vijf uur is altijd te kort", zegt Bosman.
Uitstralen er klaar voor te zijn
Intern waren er bij de GGD tot op het hoogste niveau ook al twijfels over de haalbaarheid van de taak die de GGD's op zich af zagen komen. Dat blijkt uit een concept-verslag (.pdf) van een bijeenkomst die directeuren Publieke Gezondheid van de GGD op 7 mei hadden.
"GGD's moeten de regie houden! We moeten gezamenlijk optrekken. En uitstralen dat we er klaar voor zijn", staat in het verslag dat de NOS heeft verkregen door een beroep op de Wet openbaarheid van bestuur.
Ook staat er dat er aanwijzingen waren dat het lastig ging worden: "Kunnen wij de verwachtingen wel waarmaken. Er zijn regio's die niet klaar zijn voor grootscheeps testen en BCO. Anderen kunnen zich nog een paar opschalingen permitteren". Een week later presenteerde de GGD het opschalingsplan waarin staat dat er in zomer 2400 contactonderzoeken per dag konden worden gedaan.
Meer personeel
Inmiddels is de GGD amper in staat om een verdere toename van het aantal besmettingen op te vangen met evenzoveel bron- en contactonderzoeken. Op dit moment is er capaciteit voor zo'n 750 onderzoeken per dag. Gisteren werden er 654 nieuwe besmettingen geregistreerd.
Volgens GGD-directeur Sjaak de Gouw is de berekening van vijf uur per onderzoek tot stand gekomen door met 2,5 uur te rekenen voor een gesprek met de besmette persoon en maximaal 1,5 uur voor de gesprekken met nauwe contacten. "Destijds hadden mensen weinig bronnen en weinig contacten, gemiddeld 2,3. Toen was het dus 4 uur, maar we zijn uitgegaan van 20 procent meer", zegt hij.
De GGD noemt de problemen bij het bron- en contactonderzoek een gevolg van de plotseling forse stijging van het aantal besmettingen en risicovolle gedrag van mensen. Ze houden zich niet aan de 1,5 meter en hebben veel meer contacten dan verwacht. Daar was geen rekening mee gehouden, zei De Gouw. Er wordt nu door de GGD versneld opgeschaald.
RIVM: grote registratie-achterstand
Het RIVM, dat mede-opsteller is van het opschalingsplan van de GGD, kan niet zeggen waarom de Europese richtlijn in Nederland niet wordt gevolgd. Opvallend is dat het RIVM-protocol voor bron- en contactonderzoek dat de GGD moet uitvoeren, wél is gebaseerd op de Europese richtlijn.
Het RIVM zegt desgevraagd geen advies aan de GGD te hebben gegeven over de lengte van één bron- en contactonderzoek of het aantal contacten dat moet worden aangehouden.
In de wekelijkse rapportage van het RIVM staat nu nog wel dat besmette personen gemiddeld zo'n drie contacten hebben. Een woordvoerder van het RIVM erkent dat die cijfers niet kloppen, omdat de GGD kampt met een grote registratie-achterstand. "De verwachting is dat het aantal contacten in onze rapportage voor de afgelopen weken zal gaan toenemen".