Corona-quarantaineperiode kan misschien wel korter, zegt Van Dissel
De thuisquarantaineperiode kan mogelijk van 14 dagen naar 10 dagen. Dit zei RIVM-directeur Jaap van Dissel in de eerste corona-briefing in de Tweede Kamer sinds eind juni. Nu geldt het "dringende advies" voor mensen die positief getest zijn of terugkomen uit een risicogebied (met een oranje reisadvies) om twee weken thuis in isolatie te blijven.
De cijfers laten zien dat 90 procent van de mensen binnen tien dagen na een besmetting klachten krijgt, stelt Van Dissel. Een kortere quarantainetijd is minder belastend waardoor mensen zich er wellicht beter aan houden, is het idee.
Van Dissel zei dat het Outbreak Management Team (OMT), dat het kabinet adviseert, zich er nog over moet buigen. "We hopen deze week nog een advies naar het ministerie van Volksgezondheid te sturen, om te zien of dit een reëel voorstel is."
Eerder testen
De RIVM-baas vindt dat mensen zich sneller moeten laten testen. Uit cijfers blijkt dat mensen zich gemiddeld ruim drie dagen dagen na hun eerste klacht laten testen. Die tijd moet omlaag, zodat eerder aan het bron- en contactonderzoek kan worden begonnen.
Van Dissel zei dat mensen die te horen krijgen dat zij in contact zijn geweest met iemand met het virus, op dat moment vaak al klachten hebben. "Dan hebben ze dus drie dagen lang andere mensen kunnen besmetten", zegt hij.
Overigens heeft de GGD vorige week bij 30 procent van de besmette personen geen bron- en contactonderzoek uitgevoerd. Door de toename van het aantal besmettingen en onvoldoende personeel lukte het op een aantal plekken niet meer.
Van Dissel legt uit waarom het aantal besmettingen flink oploopt, maar het aantal ziekenhuisopnames niet:
Het gros van de besmettingen vindt plaats in gezins- en familiekring, benadrukte Van Dissel tijdens de briefing enkele keren. 50PLus-Kamerlid Sazias vroeg waarom er terughoudend wordt omgegaan met een mondkapjesplicht, bijvoorbeeld in winkels.
Van Dissel stelde dat uit onderzoek blijkt dat mondkapjesgebruik maar een relatief klein aantal besmettingen kan voorkomen. "We zien nu een toename in het virus, en we zien waar die toename is. Clusters zijn in de familiesfeer."
En tegen D66'er Diertens, die zich zorgen maakt over de scholen die weer gaan beginnen, zei hij: "60 procent van de besmettingen gebeurt thuis, moeten we daar niet naar kijken?" Scholen zijn volgens hem geen brandhaarden gebleken. "We controleren nauwgezet op scholen, maar daar is niets verontrustends uitgekomen."
Hij zei wel dat scholen zich moeten houden aan ventilatievoorschriften, maar die regels zijn niet nieuw. "Zorg dat je voldoet aan het bouwbesluit, daarin staat hoe vaak je de lucht moet verversen."
Aerogene verspreiding
PVV-Kamerlid Agema uitte haar zorgen over aerogene verspreiding van het coronavirus. Dat is de verspreiding door minuscule druppels die in een ruimte blijven hangen. Volgens Van Dissel speelt dat fenomeen geen belangrijke rol. "Met maatregelen die geen rekening houden met aerogene verspreiding hebben we het virus buitengewoon effectief bestreden in Nederland."
Morgen gaat het in Den Haag weer over corona. Dan debatteert de Tweede Kamer met premier Rutte en minister De Jonge.