'Wij gaan goed om met het milieu', zeggen Braziliaanse boeren na Amazonekritiek
Hoewel de Amazone meer dan 2000 kilometer verderop ligt, wil Marcelo Junqueira het toch even kwijt. "Wij hebben niets te maken met de ontbossing van het regenwoud", benadrukt hij.
Op een stuk grond van 900 hectare, op ongeveer vier uur rijden van de miljoenenstad São Paulo, verbouwt de Braziliaanse landbouwondernemer suikerriet. "Ik verbouw ook soja in de deelstaat Mato Grosso do Sul, waar ik ook een veehouderij heb. En in Paraguay heb ik ook nog koeien", zegt hij.
De machtige agrarische sector, motor van de Braziliaanse economie, heeft een slechte reputatie in het buitenland. Grote stukken regenwoud worden illegaal gekapt om plaats te maken voor soja en koeien. Onder president Bolsonaro nam de ontbossing fors toe. Vorig jaar teisterden grote hoeveelheden branden het Amazonegebied. De Braziliaanse regering kreeg een storm van kritiek uit binnen- en buitenland.
Aanvankelijk deed de uiterst rechtse Bolsonaro die kritiek af als "linkse propaganda" en buitenlandse bemoeizucht. Maar de druk op zijn regering nam sindsdien alleen maar toe. De afgelopen weken dreigden grote internationale investeringsfondsen zich terug te trekken uit Brazilië als de regering niet snel meer gaat doen om de Amazone te beschermen.
Ondernemer Marcelo Junqueira ging met correspondent Marc Bessems zijn land op. Dat wordt al beschermd en ligt ver bij de Amazone vandaan, zegt hij:
Marcelo Brito, voorzitter van de agrarische belangenvereniging Abag, maakt zich zorgen over de ontwikkelingen. "De boodschap van de internationale investeerders is overgekomen. We moeten met concrete actie komen en de ontbossing tegengaan."
Brito hoopt op een positiever beeld van zijn sector. "De agribusiness is goed voor ruim 40 procent van onze export en bijna een kwart van het Braziliaanse bnp. Ook voor de rest van de wereld is de Braziliaanse boer belangrijk: wij voeden 1,3 miljard mensen", zegt hij trots.
Wetten voor natuurbehoud
Ook Marcelo Junqueira wil graag een positief beeld laten zien van zijn sector. "Kijk", zegt hij, terwijl hij het sap uit een manshoge rietstengel wringt. "Dat sap, daar maken we suiker van, of ethanol." Op de achtergrond oogst een gigantische machine het zoete gewas in rap tempo.
Junqueira neemt ons mee naar de Pardo-rivier, die door zijn land meandert. "Volgens de Braziliaanse Boswet moet je de oevers van waterbronnen bebost laten, of herbebossen. Dit stuk heb ik een jaar of vijftien geleden zelf herbebost", zegt hij terwijl we een strook bos inlopen. Een groep nieuwsgierige brulapen bekijkt ons vanuit de bomen.
"Dit is toch een enorm verschil met Europese landen en de VS, waar agrarische bedrijven zo ongeveer tot in het water komen", verzucht Junqueira. "Dit soort wetten zijn goed voor de natuur. Maar niemand heeft het over deze kant van het verhaal. De Braziliaan gaat goed om met het milieu, wij boeren zeker. Daar zouden we graag eens erkenning voor krijgen."
Brito beaamt dat de bestaande Braziliaanse wetten goed zijn voor het milieu. "We moeten ze wel beter toepassen", voegt hij eraan toe.
Onder president Bolsonaro lijkt het tegendeel te gebeuren. Zo worden er sinds zijn aantreden aanzienlijk minder boetes uitgedeeld voor milieuovertredingen. Instanties die de Amazone moeten beschermen werden uitgekleed en de minister van Milieu, Ricardo Salles, hoopt dat de coronacrisis de aandacht afleidt van zijn plan om milieuregels te versoepelen.
Van het jarenlang zo zorgvuldige opgebouwde milieuvriendelijke imago van Brazilië is inmiddels weinig over. Dat dat een economische impact kan hebben, blijkt bijvoorbeeld uit de beslommeringen rond het vrijhandelsakkoord tussen de Europese Unie en het Zuid-Amerikaanse handelsblok Mercosur/Mercosul. Dat akkoord zou zeer gunstig zijn voor de Braziliaanse agrarische sector, maar onder meer de Nederlandse Tweede Kamer stemde tegen. Veelgehoord argument: de rol van de Braziliaanse landbouw bij de ontbossing van de Amazone.
China
Junqueira betreurt dat het akkoord in ieder geval voorlopig zo goed als kansloos lijkt. "Maar", benadrukt hij, "Europa is niet de belangrijkste afnemer van onze producten. Dat is China, en dat land stelt geen milieueisen zoals de Europeanen en Amerikanen doen."
Het imago van de Braziliaanse boeren mag dan niet al te best zijn, voorlopig heeft de sector daar in de praktijk nog niet zo veel last van. Ondanks de ontbossing en de coronacrisis groeide de sector; er kwamen de afgelopen maanden tienduizenden banen bij.