Musea willen thuisblijvers blijven trekken met video-tours en podcasts
Erika de Joode
redacteur Online
Erika de Joode
redacteur Online
Instagram-rondleidingen, podcasts, digitale minitentoonstellingen, 360-graden-tours, blogs en challenges op sociale media: musea hebben de afgelopen maanden niet stilgezeten. Toen ze half maart noodgedwongen hun deuren moesten sluiten vanwege het coronavirus, hebben veel culturele instellingen online alternatieven voor een museumbezoek opgestart of uitgebreid. En daar blijven de meeste mee doorgaan, ook nu ze weer geopend zijn.
Een logische keuze, denkt de Museumvereniging, de brancheorganisatie van Nederlandse musea. Bij veel musea zijn de bezoekersaantallen nog bescheiden. "Mensen leggen kortere afstanden af binnen Nederland en er komen heel weinig toeristen uit het buitenland", legt een woordvoerder uit. "Ook gaan sommige mensen er minder op uit, omdat ze tot een kwetsbare groep behoren."
Het 'bezoeken' van tentoonstellingen vanuit huis bleek de afgelopen maanden behoorlijk succesvol, leert een rondgang langs een aantal (middel)grote Nederlandse musea. Zo trokken podcasts van het Rijksmuseum in maart, april en mei gemiddeld liefst 550 procent meer luisteraars per week dan vóór de 'coronasluiting'. En bij het Anne Frank Huis zagen ze het aantal bezoekers aan het online Achterhuis in die periode verdubbelen ten opzichte van het begin van dit jaar.
Digitale boekenclub
Het Van Gogh Museum bereikte van medio maart tot 1 juni wereldwijd 74 miljoen mensen op Facebook, 52 miljoen meer dan vorig jaar in dezelfde periode. Volgens een woordvoerder komt die groei vooral door de extra (online) activiteiten die het museum heeft opgezet, zoals een Facebook-boekenclub over Van Gogh en videotours door het museum.
Het Groninger Museum lanceerde in april een interactieve 360-graden-tour, waarmee bezoekers vanuit hun luie stoel door het museum kunnen 'wandelen'.
Voor sommige musea waren bepaalde online activiteiten helemaal nieuw. Zo ontdekte het Haarlemse Teylers Museum het livestreamen via Instagram, "voor de collega's een mooie kennismaking en spoedcursus".
Het Kunstmuseum Den Haag begon al direct na de coronasluiting te experimenteren met wekelijkse virtuele rondleidingen. "Natuurlijk was het allemaal improvisatie, met een telefooncamera gefilmd en soms iets te schokkerig of snel, maar de reacties waren zo overweldigend positief, dankbaar en soms zelfs emotioneel."
Het Kunstmuseum heeft te weinig mensen om nu nog steeds wekelijks een online tour te blijven maken. "Maar we blijven doen wat we kunnen", zegt een woordvoerder, die erop wijst dat nog niet iedereen zich vrij voelt om te gaan en staan waar hij wil. "Dat is voor ons ook de reden om door te blijven gaan met het aanbieden van extra content."
Verdienmodellen
Het voordeel daarvan is dat blijvende online zichtbaarheid op termijn kan leiden tot extra bezoekers in het museum, zegt de Museumvereniging. Maar de digitale activiteiten zijn niet erg rendabel. "Het kost extra werk en vaak ook extra geld, terwijl je er meestal geen geld mee kunt verdienen."
De brancheorganisatie ziet dat partijen in de culturele sector bezig zijn met het opzetten van experimenten om te onderzoeken hoe je online tot verdienmodellen kunt komen. Dat gebeurt onder meer binnen de topsector Creatieve Industrie. Maar gemakkelijk is dat niet, zegt Josien Paulides, zakelijk directeur van het Rotterdamse museum Het Nieuwe Instituut.
Zo beschikken lang niet alle instellingen over de middelen om online programma's te ontwikkelen, schreef het instituut eind vorige maand. Paulides: "En het is naast de verdienmodellen ook belangrijk om goed na te denken over de maatschappelijke en culturele relevantie."