Filipijnse president tekent omstreden anti-terreurwet
De Filipijnse president Duterte heeft een omstreden anti-terreurwet ondertekend. Met die wet kunnen terrorisme-verdachten makkelijker worden opgepakt en zonder aanklacht worden vastgehouden.
Volgens critici zou Duterte de wet kunnen gebruiken om tegenstanders en mensenrechtenactivisten op te sluiten. Ook gaat die tegen de grondwet in, zeggen ze. Onder de critici zijn de katholieke kerk en een groot deel van de Filipijnse advocatuur.
Een woordvoerder van de president stelt dat de wet nodig is in de strijd tegen terreurgroepen zoals Islamitische Staat en Abu Sayyaf.
Geen torenhoge boete meer
De anti-terreurwet die nu van kracht gaat, vervangt een wet uit 2007. Die werd maar weinig gebruikt, vooral omdat politiediensten volgens die wet boetes konden krijgen van ruim 9000 euro voor elke dag die een terreurverdachte onterecht vastzat.
President Duterte krijgt al langer kritiek van mensenrechtenorganisaties, vanwege zijn strijd tegen drugscriminaliteit. Sinds hij aan de macht is, treedt de politie hard op tegen mensen die ervan worden beschuldigd drugsdealers of -gebruikers te zijn. In die oorlog tegen drugs zijn duizenden mensen zonder enige vorm van proces gedood.