Het duel tussen FK Sotsji en FK Rostov was vrijdagavond een opmerkelijke opening van de herstart van de Russische voetbalcompetitie. Sotsji won met een historische 10-1 van Rostov, dat noodgedwongen met een volledig jeugdteam op het veld stond.
De eerste selectie van Rostov kon de wedstrijd niet spelen, omdat zes spelers positief waren getest op corona, waardoor de volledige selectie in quarantaine moest. Rostov, de huidige nummer vier, verzocht de Russische bond en tegenstander Sotsji nog om het duel uit te stellen, maar daarover werd geen akkoord bereikt.
En dus stond Rostov met een elftal vol jeugdspelers - de oudste speler was negentien jaar - op het veld. Een ongelijke strijd, maar desondanks kwam Rostov binnen een minuut op voorsprong.
Die voorsprong van Rostov duurde niet lang, want bij rust was het al 4-1 voor Sotsji.
De 17-jarige Rostov-keeper Denis Popov, die na afloop werd verkozen tot man van de wedstrijd, stopte nog wel een penalty, maar verder had Rostov weinig in te brengen.
De Sotsji-spelers vierden hun doelpunten niet uitbundig, maar ze toonden ook geen genade, want de score liep uit tot 10-1. Het was bovendien een historische uitslag, want sinds 1991 werd er in de Russische competitie nooit tien keer gescoord in een wedstrijd.
Rostov, dat ondanks de nederlaag feestelijk werd onthaald door supporters bij terugkomst, was in 2016 nog verantwoordelijk voor de uitschakeling van Ajax in de voorronde van de Champions League en hield in de groepsfase PSV twee keer op een remise.
Drie treffers kwamen op naam van Aleksandr Kokorin. De 48-voudig Russisch international, die tussen oktober 2018 en september 2019 een celstraf uitzat wegens geweldpleging, werd in januari nog begeerd door Feyenoord-trainer Dick Advocaat.
Van een transfer naar Rotterdam-Zuid kwam het niet. Zijn werkgever Zenit Sint-Petersburg wilde Kokorin verhuren aan FK Sotsji, maar daarvan wilde de aanvaller aanvankelijk niets weten.
Kokorin ging uiteindelijk toch en loodste Sotsji met zes treffers in vijf duels uit de degradatiezone.
