Vakbonden voorzichtig, anderen positief over versoepelingen onderwijs
De verdere versoepeling van de coronamaatregelen in het onderwijs worden over het algemeen met instemming ontvangen, alleen de onderwijsbonden reageren terughoudend. CNV Onderwijs heeft een peiling gehouden, waaruit blijkt dat 49 procent van de 7000 leden die reageerden, tot de zomer liever geen volledige openstelling van het basisonderwijs ziet.
"De praktische consequenties moeten daarom heel goed worden overdacht en overlegd", zegt voorzitter Jan de Vries. "Zes keer daags met 30 kinderen handen wassen bijvoorbeeld. Hoeveel kun je van het onderwijspersoneel vragen?"
Ook anderhalve meter afstand houden tussen leerlingen op middelbare scholen wordt een hele klus, vreest De Vries. "Van niemand mag het onmogelijke worden gevraagd."
Spannend
Onderwijsbond AOb gaat ook een peiling onder de leden houden. "Dit is spannend", zegt voorzitter Eugenie Stolk. Volgens haar moet het kabinet goed in kaart brengen wat de effecten zijn van de gedeeltelijke openstelling. Sinds 11 mei hebben basisschoolleerlingen de helft van de normale tijd les, in kleinere groepen.
Over de hervatting van het fysieke onderwijs op middelbare scholen vanaf 2 juni zegt de AOb dat scholen zelf moeten kunnen bepalen hoe ze aan de eisen willen voldoen. "Dat moet je niet van bovenaf vanuit een Haagse toren opleggen. De grootte van het schoolgebouw, hoeveel docenten er zijn, hoe goed werken de online lessen - dat verschilt per school."
Stolk is wel blij dat docenten en leerlingen elkaar weer op school zullen treffen. "Na wekenlang online lesgeven willen ze elkaar heel graag weer zien", zegt ze.
Groot compliment
De koepel van middelbare scholen, de VO-raad, ziet de hervatting van het fysieke onderwijs met vertrouwen tegemoet. Het wordt wel een uitdaging om anderhalve meter afstand te houden en om onderwijs in de klas en op afstand te combineren. "Maar we weten zeker dat alle betrokkenen er samen het beste van zullen maken."
Ook de PO-raad, de koepel van het basisonderwijs, ziet de verdere terugkeer naar 'normaal' wel zitten. "De heropening van scholen is goed verlopen, dat is een groot compliment aan de sector waard. Natuurlijk zijn er nog zorgen en onzekerheden, maar hier komen we met elkaar uit", zegt voorzitter Rinda den Besten.
Ze wijst erop dat de scholen nog tot 8 juni hebben om zich op de volledige openstelling voor te bereiden.
Ouders en leerlingen kijken in ieder geval uit naar 8 juni:
In het mbo en het hoger onderwijs verandert er nog niet zo veel, maar vanaf 15 juni mogen die instellingen wel weer beperkt beginnen met toetsing, praktijklessen en begeleiding van kwetsbare studenten.
Studentenorganisatie ISO juicht dat toe. "Voor studenten is het belangrijk dat studievertraging zoveel mogelijk wordt voorkomen", zegt voorzitter Kees Gillesse. "Dit is een langverwachte ontwikkeling die daarbij gaat helpen."
Gillesse maakt zich wel zorgen over verschillen die kunnen ontstaan tussen de instellingen, aangezien die veel autonomie lijken te krijgen. "Goed functionerende medezeggenschap is in deze tijden daarom extreem belangrijk."
Volgens het ISO wordt het onderwijs zo georganiseerd dat studenten niet in de spits hoeven te reizen, maar een verbod om in de spits het ov te gebruiken lijkt er niet te komen. "De regels in het openbaar vervoer voor studenten blijven gelukkig hetzelfde als voor ieder ander", zegt Gillesse. "We worden niet uit het openbaar vervoer gejaagd."
Geen spagaat meer
Met de volledige openstelling van het basisonderwijs wordt ook de kinderopvang weer zoals voorheen, dus inclusief de gebruikelijke buitenschoolse opvang. De belangenverenigingen van ouders en opvangorganisaties zijn daar blij om.
"Het gepuzzel voor ouders en kinderopvang om de roosters aan te laten sluiten op scholen is hiermee van de baan", schrijven ze in een gezamenlijke verklaring. "Ouders hebben straks weer een volledige werkdag zonder de spagaat waarin arbeid, zorg en thuisonderwijs moeten worden gecombineerd."