Ook kabinet wil meer mondkapjes naar verpleeghuizen en thuiszorg
Het kabinet doet er alles aan om nog voor Pasen met een nieuw model te komen om de beschermingsmiddelen beter over de verschillende sectoren in de zorg te verdelen. In het wekelijkse Kamerdebat over de coronacrisis stelden Kamerleden opnieuw veel ongeruste vragen over het tekort aan bijvoorbeeld mondkapjes in onder meer verpleeghuizen en in de thuiszorg.
Volgens PVV-voorman Wilders duurt het te lang voor de problemen zijn opgelost. Hij sprak van Russische roulette. PvdA-leider Asscher vroeg om een landelijk coördinatiecentrum en SP-leider Marijnissen benadrukte dat hier al weken over wordt gepraat. Kamerleden verwezen onder meer naar recente cijfers over de verpleeghuizen. RIVM-directeur Van Dissel zei vanochtend in de wekelijkse briefing in de Kamer dat in zeker 40 procent van de verpleeghuizen in Nederland coronabesmettingen zijn.
Minister de Jonge zei dat het nu bestaande verdeelmodel niet genoeg is toegespitst op de huidige situatie en dat het te veel is gericht op de acute zorg. Als dat verandert, moet dat volgens De Jonge de situatie verbeteren, waardoor ook verpleeghuizen en mensen in de thuiszorg meer mondkapjes krijgen.
Maar hij erkende dat er schaarste blijft, omdat de hele wereld achter de mondkapjes aan zit. "Ook morgen en overmorgen is die krapte er, hoeveel we ook inkopen. hoeveel we ook zelf produceren. Die krapte kan ik niet wegtoveren."
De minister benadrukte dat hij alles op alles zet om aan genoeg spullen te komen. "Ik zou niet weten wat we nog meer zouden kunnen doen om in meer persoonlijke beschermingsmiddelen te voorzien." Hij voegde eraan toe dat met het nieuwe beleid meer medewerkers getest worden.
Apps voor opsporen patiënten liefst vrijwillig
De Kamer staat niet negatief tegenover het plan van het kabinet om via apps de verdere verspreiding van corona te voorkomen. Maar de Kamer benadrukte wel dat de privacyregels moeten worden gevolgd. Zo onderstreepte VVD-fractievoorzitter Dijkhoff dat de app niet mag worden misbruikt "om meer te willen weten dan nodig is".
De Jonge zei dat het de bedoeling is dat een van de apps waar het kabinet het oog op heeft het onderzoek ondersteunt dat GGD's nu doen naar contacten die besmette personen hebben gehad. Met de andere app houdt iemand contact met zijn arts. Die eerste app wordt in Nederland nog niet gebruikt, de tweede wel.
De minister wil de komende weken bekijken of dit systeem kan worden ingevoerd en hij benadrukte dat privacy "daarbij bovenaan hoort te staan". De Jonge voegde eraan toe dat hij de apps het liefst op vrijwillige basis wil invoeren. Maar omdat er een minimaal aantal deelnemers moet zijn, wil het systeem werken, sluit hij een verplichting niet helemaal uit.
Afbouw van maatregelen
In het Kamerdebat werden ook veel vragen gesteld over de eventuele afbouw op termijn van de maatregelen tegen het coronavirus. Premier Rutte zei dat de kans nul lijkt dat na 28 april alles weer normaal is. "Je hoopt dat er weer iets kan, maar ook dat is niet zeker." Hij riep iedereen op er samen over na te denken hoe een aanpassing van de maatregelen kan worden georganiseerd. "Het is niet eenvoudig. Dat doordenken is een rol van de overheid, maar ook van de sectoren. Het gaat om de intelligente weg uit de intelligente lockdown."
Rutte zei verder dat de economische steunmaatregelen voortdurend tegen het licht worden gehouden en mogelijk uitgebreid. De premier noemde als groepen waarvoor misschien meer zal worden gedaan seizoens- en flexwerkers en de sierteelt. Maar dat moet nog worden uitgewerkt.